56 groepen a 12 man en 1 It. mitr., voor pat. diensten, beveiliging, enz. Het bat. telt 3 fuseliercien. en nog 1 zw. sectie. Bij de co. gp. van de cie. is een gastroep van 4 man, de cie. telt 3 inf. sien. (a 1 off. en 4 groepen van 12 man en 1 It. mitr.) en 1 zw. sie. (2 mitr. a 10 man, 1 mijnenwerper van 10 man en een tf. pat. van 6 man) Het bat. heeft in de zw. sectie 1 mitr., 2 mijnenwerpers en een tf. pat. Bij het reg. is een pi. sectie van 4 groepen a 12 man. Müit'dr Wochenblatt. 1936 nr. 15. „Die neue italiniesche Ajrikaarmee" In dit artikel worden de grondbeginselen vermeld, waarop het It. leger in Afrika wordt georganiseerd. Het leger in de koloniën dat handhaving van orde en rust en verdediging van het grondgebied tot taak hee'ft, wordt zelf standig, los van de strijdkrachten in het Moederland. Het bestaat uit twee deelen de Inheemsche en de Europeesche troepen. De koloniale troepen (Inheemschen) zullen driemaal zoo sterk zijn als de Afrikatroepen (Europeanen), welke laatste niet boven de 60.000 zullen komen. De koloniale troepen worden in 17 gemengde brigades georganiseerd. De brigade telt 4 batn. van 3 fuselier- en 1 mitr. cie., 1 afd. van 3 bijn. art., 1 cie. genie en een veldhospitaalafd. In 6 brigades wordt het 4e bat. vervangen door 2 esk. cav. Er worden uitsluitend It. officieren ingedeeld, waarvan 80 res. officieren zal zijn. De Afrikatroepen komen gedeeltelijk ter beschikking van de Gouverneurs der provincies en overigens rechtstreeks onder den Onderkoning. Totaal t.b. van de Gouverneurs 9 gemot. batn. Afrika-zwarthemden, ieder bat. van 2 cien. met eigen auto's, 1 pau.cie. en 1 cie. van snelle paun., voorts 4 afdn. gemot. art. en 7 cien. vestingart. T.b. van den Onderkoning staat één divisie (2 regn. inf., art. van versch. kalibers, 2 cien. genietroepen enz.). De Afrikatroepen worden gelegerd in de residenties van den Onderkoning en de Gouverneurs. De Onderkoning beschikt over een generalen staf, waarbij ook de wapeninspecteurs zijn ingedeeld, de Gouverneurs hebben een staf van beperkten omvang. Bij de Afrikatroepen zijn 2500 officieren, waarvan 500 tot de reserve be- hoorende, ingedeeld. Voor ons is het opmerkelijk dat de Inh. en Eur. troepen geheel gescheiden worden gehouden, zoowel voor wat betreft de garnizoens plaatsen als bij het volbrengen van opdrachten. Men verwacht dat door het familieverband van de koloniale troepen, rondom de garnizoensplaatsen van de verschillende onderdeelen een soldatenkaste zal groeien en evenals het in de oudheid met de Romeinsche legioenen het geval was, ook nu door de militairen de kernen van verscheidene nieuwe steden zullen worden gevormd. Tk. Artillerie. Organisatie en tactisch gebruik. In het Juli-nummer van de dit jaar voor het eerst verschenen 3-maande- lijksche Revue des troupes du Levant behandelt kap. Missionnier L'emploi de l'artillerie au Levant. De aldaar optredende detachementen hebben in doorsnee een sterkte van 5 a 6 batn. inf. waarbij 2 a 3 bijn. art. Zij mar- cheeren als regel met een voor- en achterhoede en 2 flankdekkingen, elk ter sterkte van 1 bat.; voor- en achterhoede krijgen art. toegevoegd. De

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 62