61 auto-wielen en luchtbanden. De resultaten zijn voor laatstgenoemde groep onverdeeld gunstig grootere mobiliteit en belading, minder trekkracht, geraas en slijtage van den weg. In het tweede deel van zijn artikel geeft S. zijn wenschen te kennen t.a.v. de toepassing in het leger waarbij tevens ware te streven naar vermindering van het thans buitensporig hooge aantal voertuigtypen. Daar S. de verzuchting slaakt, dat in het Fr. leger nog geen aandacht is geschonken aan het door hem behandelde onderwerp, is het hier de plaats, de aandacht te vestigen op het geringe aantal karren-typen dat ons leger kent benevens op de toepassing van auto-onderstellen bij de telefoonkarren en de treinkarren van de Hp. V. P. An. waarmee zeer gunstige ervaringen zijn opgedaan. Oefeningen en ervaringen. In Artillerie und Ortsgefecht (A.R. Sept.) geeft gnl. Marx, een beschrijving van het verloop van een tweetal oefeningen welke, naast een indruk omtrent de moeilijkheden voor het optreden van artillerie, waardevolle aanwijzingen geeft voor het opzetten van oefeningen op dit gebied. Hetzelfde tijdschrift verhaalt in „FeldartiUerie im Gebirgskriege" hoe tijdens den veldtocht in Roemenië met een lt.hw. een achter een stijle helling onzichtbaar opgestelde, flankeerend vurende vij.bij. werd bevuurd. De foij.cdt. paste de volgende „Aushilfe" toe. De ri. naar de vij.bij. werd op verschillende punten op het gehoor bepaald. Op het op de kaart verkregen snijpunt der richtingen werden met een zoodanig ingegraven hw., dat de schietbuis vrijwel loodrecht kon worden gesteld, eenige schoten afgegeven. De vluchttijd van de verschoten gn. werd met het tertshorloge gemeten, daarna de tempeering aan de hand van de schootstafel bepaald en nog verkort voor het verkrijgen van waarneembare springpunten. Waarneming van 2 posten gaf de plaats aan welke werd vergeleken met die van de vij.bij. In totaal werden 48 gn. verschoten waarna de vij.bij. zweeg. Een mooi voorbeeld, hoe men zich ook in niet normale gevallen moet kunnen redden. Tenslotte vermelden wij nog het in de R.d'A. (Juni) verschenen artikel 1914 he Baptême de feu du 61e Regiment d'artillerie. De S., gnl. Bochut, toenmaals cdt. van dit reg., geeft een beschrijving van de gevechtsactie op 22 Augustus 1834, den dag waarop het grootste deel van het Fr. leger in de door de artikelen van kol. Slothouber allen lezers zoo welbekende grensslagen den vuurdoop ontving. Sch. Luchtverdediging. M.W. 1936 Nr. 4. Organisation der Flugabwehr und Bedarf an Flak. (Ansichten in Frankreich, Ruszland und Schweden) von Oberst a.D. Nagel. S. 'bespreekt in de eerste plaats in het kort de inzichten die in verschillende landen bestaan voor wat betreft de organisatie van de luchtverdediging, in het bijzonder te velde. In het algemeen is de organisatie van de luchtverde diging gecentraliseerd bij het leger. Naar behoefte worden de bij het leger beschikbare luchtverdedigingsmiddelen verdeeld over de gebieden waarin een legerkorps optreedt. Als gemiddelde wordt per legerkorps een afdeeling luchtafweergeschut met hulpmiddelen noodig geacht. Dit is eveneens voldoende voor de verdediging van belangrijke punten tijdens den marsch van een colonne van ongeveer 12 km lengte. De hiervoren genoemde getallen hebben blijkbaar betrekking op de luchtverdediging tijdens de concentratie en den opmarsch. Voor de noodige middelen tijdens de operatiën worden de volgende getallen genoemd. De Engelsche voorschriften geven als norm hiervoor 2436 vuurmonden op 20 km frontbreedte terwijl in Frankrijk en Amerika gemid deld 2 luchtdoelvuurmonden per km breedte noodig worden geacht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 67