te bepalen plaatsen. Hier en daar zullen door den territorialen
intendant nieuwe magazijnen moeten worden opgericht, terwijl
hij eveneens zal hebben zorg te dragen, dat in zijn ressort nieuw
op te richten dan wel uit te breiden hospitalen van het noodige
worden voorzien.
Als vooruitgeschoven post van den Hoofdintendant zal hem
worden opgedragen in bepaalde daarvoor in aanmerking komende
plaatsen en streken levensmiddelen, paardenvoer, brand- en
lichtstoffen, enz. aan te schaffen, op te schuren in bestaande of
tijdelijke bewaarplaatsen en te doen beheeren.
In de inrichtingen en bedrijven, welke op volle, liefst verhoogde
capaciteit ten behoeve van de intendance werkzaam zijn, zal de
territoriale Intendant namens den Hoofdintendant toezicht uit
oefenen op de goede en snelle aflevering der geplaatste bestellin
gen, b.v. gevangenisbedrijven (aanmaak van kleeding, schoeisel,
veldzakken, hoeden, verlichtingsmiddelen, leerwerk), weverijen
en slachterijen (conserven).
Tenslotte zal hij hulp hebben te verleenen, bij de verpleging
van doortrekkende militairen (spoorwegvervoer, gewonidenver-
voer) en zal hem de verzorging van eventueele krijgsgevangenen
en de inrichting van krijgsgevangenkampen kunnen worden
opgedragen.
Hoewel uiteraard in oorlogstijd zoo veel mogelijk beperkt, zul
len aan bovengenoemde werkzaamheden administratieve werk
zaamheden zijn verbonden. De territoriale Intendant zal echter
veelvuldig op verschillende plaatsen tegenwoordig moeten zijn
tot het houden van de noodige besprekingen en het treffen van
diverse maatregelen. Het is daarom noodzakelijk, dat voor dezen
dienst een hiermede vertrouwd officier i.e. een Intendant of
gewezen Intendant wordt belast. Dat hem eenige ter zake kundige
ondergeschikte krachten moeten worden toegevoegd (reserve-
officieren voor speciale diensten bij de intendance) behoeft wel
geen nader betoog.
Behalve het betrokken territoir op Java, behoort ook nog een
deel der buitengewesten tot het ressort van den territorialen
Intendant, voor welk gebied de gewone diensten zoo veel mogelijk
voortgang zullen moeten hebben (Palembang, Djambi, Riouw,
West-Borneo, Timor).
Voor den Hoofdintendant is het van groot belang, indien hij
de verzorging zijner belangen in handen weet van een daarmee
vertrouwde kracht, terwijl ook de achterblijvende troepen slechts
kunnen zijn gebaat bij een goed georganiseerden en goed werken
den territorialen intendance.
Slot volgt).
125