152
9. BOEKBESPREKING.
HET ARMAMENTS-YEARBOOK.
(Uitgave 1936).
Van het secretariaat van den Volkenbond werd ter recensie ontvangen de
twaalfde uitgave van het Armaments-Yearbook.
Zooals bekend bevat dit jaarlijks verschijnende lijvige boekwerk (het
telt dezen keer 1129 blz.) statistische en andere gegevens van de weermach
ten van practisch alle landen van de wereld, leden en niet-leden van den
Volkenbond dit maal van 64 verschillende staten en hunne koloniën. Alleen
die gegevens zijn opgenomen, welke als openbaar kunnen worden beschouwd,
waartoe gebruik werd gemaakt van gepubliceerde verhandelingen in parle
menten, wetten, officieele statistische gegevens en militaire periodieken.
Achterin zijn de bronnen vermeld. De op die wijze verkregen gegevens zijn
in sommige gevallen aangevuld met, door verschillende leden van den Bond
officieel verstrekte, cijfers. Het spreekt dus van zelf, dat de verzamelde
gegevens slechts betrekking hebben op de vredesorganisatie en de vredes-
samenstelling van de verschillende deelen van de weermachten. Ook is
het begrijpelijk, dat van het eene land veel meer gegevens zijn verzameld
dan van het andere. Zoo wordt voor Frankrijk op 75 blzn. beslag gelegd,
voor Duitschland op 10, voor Italië op 70, voor Japan op 16 en voor
Engeland (zonder de Dominions) op 94.
Behalve de vorenbedoelde gegevens bevat het onderwerpelijke periodiek
nog twee aanhangsels. Het eerste geeft een verzameling van de tusschen
1815 en 1936 gesloten internationale overeenkomsten en verdragen, voor
zoover die thans nog van kracht zijn en betrekking hebben op vermin
dering en beperkingen van de bewapening. Het tweede aanhangsel bevat
tabellarische overzichten, gevende het principe van legervorming in de
verschillende landen, den duur der eerste oefening en van den dienstplicht,
de sterkte van de mannelijke bevolking in verschillende leeftijdsgroepen
(de laatste tabel voor 42 landen) en in afzonderlijke tabellen de samen
stelling van de vloten van 15 verschillende landen. Afzonderlijke vermelding
verdient nog een chronologisch overzicht van het totaal op de aarde aanwe
zige aantal oorlogsschepen der verschillende categorieën, waaruit o.m. blijkt,
dat het aantal slagschepen (en slagkruisers) in 1913 bedroeg 301, in 1931
81 en in 1935 83. Voor kruisers luiden deze cijfers resp. 383, 238 en 239,
voor leaders en jagers tezamen 1825, 1006 en 1015 en voor onderzeebooten
376, 579 en 588. De op stapel staande oorlogsschepen zijn in die cijfers
begrepen.
Zooals bekend mag worden verondersteld heeft de jaarlijksche publicatie
door den Volkenbond van de weermachtgegevens der verschillende landen
haar ontstaan te danken aan het streven naar beperking van de bewapening.
Men verwacht volgens den inhoud van den bijgevoegden introductiebrief
dat de deskundige en ook de leek, die belangstelling voor dit streven heeft,
door de bestudeering van die publicatie een inzicht kunnen krijgen van
de richting, waarin de bewapeningspolitiek van de verschillende landen zich
beweegt. Iedereen weet, dat er in vele landen een sterke opwaartsche ten-
denz valt waar te nemen op het gebied der bewapening. Doch hij, die zou
verwachten daarvan in het onderwerpelijke periodiek een sprekende beves
tiging te lezen, wordt teleurgesteld. De daarin tot uiting gebrachte stijging