een kortdurende sterk verminderde vatbaarheid voor cholera
en typhus wordt opgewekt, zich uitend in een veel kleiner
morbiditeitscijfer, zonder dat we ons goed kunnen indenken, in
het hoe dit tot stand komt. Ons practisch kunnen is hier ons
weten vooruit
Is der medische wetenschap daarvan een verwijt te maken
Geenszins. In dit opzicht varen vele wetenschappen en met
name de toegepaste wetenschappen, waaronder we toch ook de
medische wetenschap moeten rekenen in hetzelfde schuitje. De
practijk is de theorie altijd vooruit, de techniek is altijd verder
dan de wetenschap. Deze brengt op haar beurt weer een nieuwe
techniek voort, welke weer een nieuwe wetenschap doet opbloeien.
Een wisselwerking dus, waarbij de techniek voortschrijdt door
de toepassing der wetenschap en vooraan blijft. Het is bijna niet
noodig deze bewering nader toe te lichten.
Op ons eigen gebied weten we zeer wel, dat we met b.v. de
verklaring onzer therapieën altijd heel wat later komen, dan met
de therapie zelve, maar bij technisch kunnen en technische theo
rieën komt het nog veel sterker uit. Lang voor men de wet van
Archimedes kende bevoeren zeewaardige schepen de zeeën. De
verschillende bouwwerken uit de oudheid en middeleeuwen
stellen onze hedendaagsche ingenieurs telkens weer voor raad
sels en vervullen hen met bewondering. De waterbouwkundige
werken der Romeinen verwekken nu nog het' grootste ontzag.
De Dieselmotor werd volgens de bewering van Diesel ontworpen
naar aanleiding van theorieën over verbrandingsmotoren, welke
hij reeds in zijn studententijd zou hebben opgesteld. De theorie
bleek later geheel foutief te zijn, de motoren goed. Zijn technisch
kunnen, zijn constructief gevoel had hem geleid, ondanks ver
keerde wetenschap. Stoommachines deden hun werk voordat
eenige theorie zich er mede kon bemoeien. Lenzen, brillen,
verrekijkers, microscopen werden geconstrueerd voordat men
een goede theorie over de breking van het licht had. En zoo
kunnen we doorgaan en steeds vinden, dat techniek en practijk
zich door theorie en wetenschap niet van de eerste plaats laten
verdringen.
Vooral in de negentiende eeuw, met haar haast fabelachtigen
opbloei der techniek heeft ook het wetenschappelijk denken
zich geheel in technische banen bewogen en het is geen toeval,
dat de wetenschappelijke denker pas dan tevreden is, als hij
het natuurgebeuren zelf zal kunnen naconstrueeren, een pogen,
dat bij de verklaring van de levensverschijnselen gedoemd is
tot mislukking, daar het leven toch niet herleid kan worden tot
een chemisch en mechanisch proces, al zal niemand het chemis-
me, ja zelfs het mechanisme hierbij willen uitsluiten.
41 jaren geleden werd de wetenschappelijke wereld, op den
lsten Januari 1895 opgeschrikt door een artikel in de „Revue
236