het Pruisische He leger langs 3 verschillende defilees, de uiterste
25 km uiteengelegen, moesten binnendringen in Bohemenen
scheen het voor de hand te liggen dat hij den eersten en voor-
naamsten stoot zou toebrengen aan het korps dat langs Nachod
zou binnenvallen. Op dezen weg van Josephstadt naar de grens
bij Nachod toch had Benedek de 90.000 man van de 6, 8 en 2
A.K. vereenigd, terwijl langs den weg het Pruisische V A.K.
(waarachter het VI A.K. kón volgen) in één lange colonne van
hoogstens 56.000 man moest oprukken In werkelijkheid volgde
het VI A.K., vertraagd door zijn demonstratie bij Neisze, eerst
29 Juni over Nachod achter het V A.K. Welk een kans voor
een veldheer
Het verloop der operation tot 1 Juli.
Opmarsch van het Ie leger.
Het leger van Prins FRIEDRICH KARL ging tusschen 23 en
25 Juni in 2 colonnes over de grens bij Zittau en Seidenberg,
beide richting Reichenberg.
Graaf Clam-Gallas had zijn troepen opgesteld aan de Iser
de Cav. bij Turnau, het 1 A.K. bij Münchengratz en het Sachs.
A.K. bij Jung Bunzlau. Zijn vertragingsopdracht kon hij natuurlijk
niet uitvoeren door alleen de Iserlinie te verdedigen, omdat zoodra
een of meer rivierovergangen zouden vallen, de verdere uitvoering
van de opdracht vrijwel onmogelijk zou worden. In plaats van
dus, zooals Graaf Clam deed, zijn gansche macht langs de Iser
te verdeelen, had hij met zijn verzamelde macht de Pruisen tege
moet moeten trekken en door een of meer harde offensieve
stooten zijn opdracht moeten inleiden. Nu wil ik vooropstellen,
dat de hoofdschuldige aan het falen van de vertragingsopdracht
Benedek zelf was die let wel aan de Iser geen gemeenschap
pelijk commando had ingesteld, en dus zoowel Clam's 1 A.K.
als het Sachs. A.K. rechtstreeks van orders voorzagmaar die
bovendien zulke vage en voortdurend wijzigende instructies gaf,
als alleen de „Oostenrijksche School" ze placht te produceeren.
Den 24 Juni bezetten de Pruisen zonder weerstand te onder
vinden Reichenberg den 25 en 26 Juni kwam het tot gevechten
met vooruitgeschoven detachementen bij Liebenau en Podol, en
werd Turnau (nota bene, aan den rechtstreekschen weg naar
Gitschin) aan de cavalerie ontnomen, zoodat feitelijk de Iserlinie
toen reeds gevallen was.
In den avond van 26 Juni was het Pruisische Ie leger verzameld
tusschen Liebenau en Turnau, terwijl het Elbe-leger bij Hühner-
wasser stond, op ruim 20 km NW. van Münchengratz. Beide
Pruisische legers waren dus in wezen reeds vereenigd, en konden
den 27 Juni met 138.000 man als één geheel tegen de lijn Turnau
Münchengratz oprukken.
274