437
afneemt. Dit spreekt bij de defensieve mitrailleurs sterker dan bij de offen
sieve mitrailleurs, aangezien bij het schieten met eerstgenoemde twee cor
recties moeten worden toegepast (doelcorrectie en schuttercorrectie) terwijl
men bij het schieten met de vaste jagerbewapening alleen te maken heeft
met de doelcorrectie
2e. door de groote snelheid een groote zijdelingsche winddruk wordt uit
geoefend op den dwars uitschietenden mitrailleur waarvoor het noodig werd
bijzondere inrichtingen aan te brengen om dezen druk te compenseeren,
waardoor weer ingewikkelde affuiten ontstonden met als gevolg gewichts
vermeerdering en grooter weerstand, beide ten nadeele van de snelheid
3e. de zijdelingsche winddruk op den kogel maakt, dat deze een zoodanige
zijdelingsche afwijking krijgt, dat de trefkans zeer gering wordt
4e. de kans, een in duikvlucht aanvallende jager te raken na zijn aan
val, nml. tijdens het passeeren, t.g.v. de groote toegepaste duiksnelheden nm1.
van 600 tot 800 km/u, nagenoeg nihil is geworden.
S. betoogt dan, dat het m.h.o. op de verbeterde jagerbewapening (de G 1
heeft als vaste bewapening 2 kanonnetjes van 23 mm en 2 mitrailleurs van
7,9 mm) beter is de bescherming van de bommenwerpers te zoeken in het
opvoeren van de snelheid door de geheele defensieve bewapening weg te
laten of althans te beperken tot één achterwaarts vurenden mitrailleur (vnl.
van moreele beteekenis).
Ken geheel andere zienswijze is echter kap. Giebel toegedaan. Deze be
twijfelt of de vaste voorbewapening wel het meest geëigend is om in het
aanvallende luchtgevecht den bommenwerper de baas te blijven. Hij vestigt
er de aandacht op, dat door deze vaste bewapening de vechtwijze van den
jachtkruiser dezelfde zal blijven als die van den eenmotorigen éénpersoons
jager zoodat met het oog op de groote snelheid van de bommenwerpers
voor den jachtkruiser evenals voor den éénpersoonsjager de aanval recht
van achter de eenige mogelijkheid oplevert om met de vaste voorbewapening
het doel onder schot te krijgen. Hierdoor zullen volgens S. de kansen van
den verdediger aanmerkelijk beter zijn daar aangezien door de defensieve
mitrailleurs steeds in vrijwel achterwaartsche richting gevuurd zal worden
het vuur van deze mitrailleurs niet behoeft te worden onderbroken voor
verplaatsingen van den mitrailleurring, zoodat de' mitrailleur zoodanig kan
worden ingebouwd, dat het wapen niet is blootgesteld aan den winddruk,
waardoor het veel gemakkelijker te hanteeren is dan voorheen. Kap. G.
acht den jachtkruiser voor het aanvallend luchtgevecht zelfs minder ge-
eigend dan een eenpersoonsjager. Deze laatste kan nog bcgen op zijn kleine
afmetingen, waardoor hij den tegenstander een klein doel biedt. De jacht
kruiser biedt evenwel een veel grooter doel. Vermoedelijk zal bovendien
de jachtkruiser voor wat betreft wendbaarheid voor den modernen een
persoonsjager onderdoen.
Wil een formatie jachtkruisers in het luchtgevecht kans van slagen heb
ben dan moet de bewapening haar in staat stellen den tegenstander uit
vele richtingen gelijktijdig te bestoken en niet alleen in den rug. Daartoe
zouden de jachtkruisers moeten beschikken over een bewapening, waar
mede zoowel naar stuurboord als naar bakboord dwars uit kan worden
gevuurd terwijl tevens vuur naar beneden zou moeten kunnen worden
gebracht. Op deze wijze zou een formatie van 3 patrouilles jachtkruisers
zich voor den aanval op een formatie bommenwerpers kunnen splitsen
in een patrouille op den rechter flank van den vijand, een patrouille op
diens linker flank en een patrouille er boven. S. gaat vervolgens na of
een bewapening voor vuur dwars uit en voor vuur ongeveer verticaal
omlaag uitvoerbaar is, welke vraag door hem bevestigend wordt beantwoord.
Les Ailes 11-2-37.
In Engeland is het aantal vliegtuigen per escadrille verhoogd en wel
voor de jachtafdeelingen van 12 tot 14