441
Zijn de controlemaatregelen thans in werking gesteld, geen der bij de
non-interventie conferentie hetrokken mogendheden schijnt er momenteel
veel voor te voelen, het volgende probleem, dat van de terugzending der
in Sp. aanwezige vrijwilligers, aan te snijden. Er werd althans weinig over
gehoord, hetgeen wellicht zijn oorzaak vindt in het feit, dat de diplomaten
in April of te Montreux aanwezig waren voor het voeren van besprekingen
over de opheffing van de extraterritoriale rechten in Egypte een volgende
stap naar de zelfstandig wording van dit land, dat reeds toelating tot den
Volkenbond verzocht öf op reis waren voor het houden van een der vele
conferenties, welke in deze maand plaats hadden. Deze hadden voornamelijk
betrekking op de verhoudingen in het Donaubekken en Z.O. Europa en
leidden er toe, dat O. zich nauwer aansloot bij de „verticale as" Rome
—Berlijn (waardoor de „horizontale as" ParijsPraagMoskou is ver
broken), dat r.og slechts Tsj.Sl. geheel aan de zijde staat van Fr., dat de
betrekkingen tusschen Fr. en Polen aanmerkelijk schijnen te zijn bekoeld,
dat Roemenië en Joegoslavië zich, evenals de andere Balkanlar.den meer
en meer oriënteeren op het H.-O.-It. blok en dat de restauratie van de
Habsburgers vocrloopig van de baan is.
Eng. en Fr. ontsloegen België van de verplichtingen, voortvloeiende uit
het Locarno-verdragduidelijk bleek echter de vrees, dat B. zich thans
door tweezijdige verdragen zal binden blijkbaar voelt men aan de Eng.
zijde meer voor een meerzijdig Rijnlandpact, doch dit is minder naar den
smaak van Hitier.
Laatstgencemde heeft in zijn bespreking met Lansbury, die reeds met
pres. Roosevelt en de Eng., Fr. en Belg. regeeringen overleg pleegde over
het houden van een conferentie over wegneming van economische oorzaken
van den oorlog, een toeschietelijkheid betoond, welke, gepaard aan minder
belangrijke feiten, den indruk vestigt, dat er een kentering aanstaande is
in de D. politiek van afzijdigheid t.a.v. internationale samenwerking.
Sch.
8. UIT DE PERS.
SINGAPORE ALS VLOOTBASIS.
De Britsche strijdkrachten in het Oosten.
Volgens een telegram uit Londen aan de Straits Times achten marine
deskundigen het thans een uitgemaakte zaak dat Groot-Brittannië niet
alleen in de Atlantische Oceaan een machtige vloot zal stationneeren, doch
ook in het Verre Oosten. Aanleiding tot die opvatting is een recente
verklaring van sir Samuel Hoare, den eersten lord der Admiraliteit, in
het Lagerhuis aangaande een „twee halfronden"-standaard der Britsche
vloot.
Men neemt nu als vrij zeker aan, dat de voornaamste bases van het
nieuwe eskader voor het Verre Oosten Singapore en Hong Kong zullen
zijn, terwijl Colombo en Port Darwin en wellicht ook Sydney en Fremantle
(Australië) en Auckland (Nieuw-Zeeland) als secundaire bases zullen
worden ingericht. De sterkte van deze toekomstige vloot zal waarschijnlijk
zijn 5 slagschepen, 2 vliegkampschepen, 10 kruisers, 24 destroyers, 18
onderzeeërs, 4 moederschepen voor onderzeeërs, 1 schip voor herstellingen,
12 mijnenvegers, 12 kanonneerbooten en 6 mijnenleggers. De kosten voor
de samenstelling van deze vloot zullen niet minder dan 70 millioen en
het jaarlijksche onderhoud 12 millioen pond sterling bedragen.