inwerkingtreding der ordonnantie hadden talrijke koopen, verkoo-
pingen, verhuren, verpondingen van klappertuinen en erven van
Inheemschen aan niet-Inheemschen plaats zonder dat de vereischte
goedkeuring van den Resident vooraf was verkregen. E.e.a. had
een zoodanigen omvang aangenomen, dat na voorafgaande opname
door de districtshoofden van alle gevallen van onwettige occu
patie, systematisch met de afwikkeling daarvan moest worden
begonnen. Bij deze afwikkeling dient men onderscheid te maken
tusschen
a. boomen gekocht vóór 1 Januari 1924
b. boomen gekocht na 1 Januari 1924.
ad. a. Deze boomen worden zonder meer in het bezit gelaten
van de kooperszij zijn verplicht op de gronden, waarop de
boomen staan een zakelijk recht aan te vragen, naar gelang van
de uitgestrektheid, bij perceelen kleiner dan 10 ha in huur (Bbl.
nr. 9025), bij perceelen grooter dan 10 ha in recht van erfpacht
(Stb. 1919 nr. 61).
ad. b. Den verkooper wordt allereerst gevraagd, of het ver
kochte individueel of familiebezit is. Is het individueel bezit,
dan wordt hem gevraagd of hij den verkoop wenscht te handhaven,
dan wel de boomen terug wil hebben. Handhaaft hij den verkoop,
dan wordt van hem een verklaring geëischt, dat hij van zijn
rechten op den grond afziet. Hierdoor vallen de rechten op den
grond weder terug aan het landschap, waarop het landschap den
grond aan den kooper mag verhuren of in recht van erfpacht
afstaan. Is het verkochte echter een familiebezit of kunnen op
de rechten van derden inbreuk worden gemaakt, dan moeten
derden alsnog schadeloos worden gesteld om het definitief bezit
aan den kooper te verzekeren indien het familiebezit was, dient
voorts eerst met goedvinden van alle partijen verdeeling volgens
de adat plaats te hebben. Overigens wordt dezelfde verklaring
als bovenbedoeld vereischt.
Voor erlanging van zakelijk recht gelden dezelfde voorwaarden
als onder a. Door middel van opmeting door een opnemer wordt
dan bepaald of het perceel in huur, dan wel in erfpacht, kan
worden uitgegeven. Wenscht de Inheemsche zijn boomen terug
te hebben en wenscht de kooper den koop niet om te zetten in
een huurovereenkomst dan wordt de zaak ingewikkelder. Steeds
moet dan gepoogd worden partijen het eens te doen worden
lukt dit niet, dan wordt de zaak naar de Inheemsche Rechtbank
verwezen.
Bij onderwerpelijke zaken bestaat een huurovereenkomst hierin,
dat de oorspronkelijke bezitter den tuin in huur afstaat aan den
huidigen occupant voor zooveel jaren als noodig is om de oor
spronkelijke koopsom met de opbrengst van de klapperboomen
aan den huidigen occupant terug te betalen. Bij het opmaken van
480