De (het) ter bescherming van de hoofdmacht tegen vijandelijk artillerievuur vooruitgezonden verkenningsorganen (zelfstandig detachement) zullen (zal) van de eerste aanraking met den vijand en van de eerste waarneming van zijn infanterie, alsmede van elke belangrijke verandering in 's vijands toestand, steeds z.s.m. bericht zenden. 19) Indien niet over telefoonlijnen wordt beschikt en de draadlooze berichtgeving aan beperkende bepalingen is onderworpen, zullen deze berichten per motorordonnans langs den marschweg worden verzonden. De commandant van de beveiligende cavalerie zal inzage nemen van deze berichten en ze vervolgens naar de gevechtsleiding doorzenden. Daar alle officieren-commandanten van de beveiligende afdee- lingen (commandant voorpatrouille, -spits, -voortroep, -hoofd troep) en ook de commandanten van de voorhoede en van de hoofdmacht van deze berichten inzage moeten nemen 20) kan het geruimen tijd duren, voordat ze eindelijk bij de gevechtsleiding binnenkomen. Zijn geen verkenningsorganen vooruitgezonden, dan zal de beveiligende cavalerie (wielrijdersafdeeling) op overeenkomstige wijze deze aanraking met den vijand melden. Aangezien de gevechtsverkenning en de gevechtsbeveiliging in het algemeen tot strekking hebben om de gevechtsleiding en de ondercommandanten in staat te stellen, in den strijd met den tegenstander de leiding te behouden of te nemen, door hun voort durend en vooral tijdig de gegevens te verschaffen nopens den tactischen toestand, zal een snelle berichtgeving van het grootste belang zijn. Aangezien het indien radioberichtenwisseling is toegelaten wel noodig zal zijn om deze berichten te vercijferen (tijdverlies), kan de berichtgeving soms sneller als volgt geschieden a. telefonisch aan de gevechtsleiding b. de schriftelijke bevestiging per motor-ordonnans langs den marschweg aan de gevechtsleiding, waarmede automatisch wordt bereikt, dat de commandanten van de beveiligende afdeelingen, enz. inzage van het bericht nemen. Een nog betere en snellere oplossing is de volgende De gevechts leiding, de beveiligende cavalerie en het gros van de vooruit gezonden verkenningsafdeeling zullen zich in den regel sprongs- 488 19) A.T.V. I pt. 116 (1). a) A.T.V. I pt. 56 (2).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 45