4. De verbindingsofficier mag zoo noodig een andere materieel-
verdeeling gelastende veldzakken worden op de betrokken
stations- en lijnauto's vervoerd.
5. De ploegcommandanten (4 -f- 8) en de manschappen ont
vangen een uitrusting als aangegeven onder A-7.
C. Bij de Vb.A.V. zullen zijn mede te voeren
1. vijf stellen stationsmaterieelvoor de samenstelling en de
wijze van vervoer wordt verwezen naar B-l.
2. vier stellen lijnmaterieelvoor de samenstelling en de wijze
van vervoer wordt verwezen naar B-2.
3. op den voorraadauto met (tweewieligen) aanhangwagen
worden vervoerd
eenig algemeen reservematerieel,
60 kabelransels met 500 m veldkabel,
6 leege kabelransels,
'o draagriemen,
6 gaffels, compleet,
eenig materieel voor het herstel van blank lijnwerk,
voorts een stel stationsmaterieel (in den aanhang
wagen)
4. zie ad B-4.
5. De ploegcommandanten (4 -j- 4) en de manschappen ont
vangen een uitrusting als aangegeven onder A-7.
6. Een autotrein voor de compagnie lijnwerkers pro memorie1).
1) Zie o.a. „Merkblatt Felddauerlinien van 5-4-35, blz. 3.
506