t
628
Gnl. mj. Von Tempelhoff bespreekt in D. Wehx Heft 17 van April '37
het gebruik van draagbaar vemevelingsmaterieel bij de Fr. inf., n.a.v. een
in de Revue d'infanterie voorkomend artikel.
Uitrusting.
In de meeste landen behooren tot de uitrusting der infanterie naast
nevelhand- en nevelgeweergranaten, kleine nevelkaarsen tot een gewicht
van 1 tot 3 kg met een brandtijd van 2 tot 5 min. Het Italiaansche leger
beschikt ook over op den rug draagbare „verstuivers", gew. 31,7 kg, duin-
verneveling 10 min. Het Fr. draagbare materieel geen verstuivers doch
kaai sen weegt 15 kg brandtijd 10 tot 15 min. Aan kaarsen verbonden
nadeelenniet tijdens beweging in werking te stellen vlammen zijn zicht
baar de rookwolken tasten metaal aan en zijn niet ongevaarlijk.
Technische uitvoering verneveling.
Men kan een nevelsc/ierm (zonder diepte) dan wel een nevel dek (ver
neveling van een oppervlakte) leggen. Om een nevelscherm te vormen worden
de kaarsen in de windrichting met afstanden van 100 m opgesteld (fig. 5).
windrichting
X X x X
100 mnevelbron
fig. 5.
Laten de omstandigheden het slechts toe, de nevelverwekkende bron
op één punt op te stellen, dan kan bij gebruik van „mehrere Kerzen" een
max. lengte van 1500 m worden bereikt. Om een neveldek te vormen
(fig. 6) worden de nevelbronnen in een loodrecht op de windrichting loopende
linie opgesteld (basis).
X X X X 2e basis
windrichting X X X X basis
fig6.
Bij groote diepte wordt een 2e en c.q. een 3e basis ingericht. Laten de
omstandigheden de inrichting van slechts één basis toe, dan kan vermeer
dering der dieptewerking worden verkregen door de afstanden tusschen de
nevelbronnen kleiner te nemen. Elke nevelbron bestaat uit 1, of wanneer de
verneveling langer dan 10 min. moet duren, uit meer kaarsen, welke na
elkander worden aangestoken. Benoodigde bediening: voor elke nevelbron
1 a 2 man voor 10 bronnen 1 onderoff. en voor elke basis een off. als cdt.
Atmosferische omstandigheden.
Windsnelheden niet beneden 1 en niet boven 10 m/sec., vooral tusschen
2 en 3 m/sec., zijn gunstig regelmatige sterkte en richting temperatuur
van 5 tot 15° geringe luchtdruk en bij warm weer slechts de eerste twee
uren na zonsopgang.
„Vuur" en „beweging" bij den vew. aanval.
Ie Luit. Kauffmann brengt in M.W. '37 nr. 35 de vraag naar voren
of bij den vew. aanval tusschen vuur en beweging dezelfde wisselwerking
bestaat als bij den inf. aanval. S. komt tot de conclusie, dat zulks inderdaad
het geval is: „Der Angriff rollt nur schneller, und der Wechsel zwischen
Feuer und Bewegung wird rascher vorgekommen und nicht so oft nötig
sein, da der Panzerkampfwagen die Möglichkeit hat, Feuer und Bewegung
zu vereinbaren".
