638 d'art.). S. acht deze zeer leerzaam, mits men niet alleen marcheert als onder vredesomstandigheden, doch vooral de oorlogs- en nachtmarschen beoefent, alsmede de stellingname met alles wat daaraan voorafgaat. Het is juist dit soort oefeningen, waarvoor de troep de meeste belangstelling heeft en waarvan hij niet zelden meer leert, dan van oefeningen in grooter verband. In Vorschlage über die Durchjührung von Nachtritten (A.R. Feb.) geeft luit. Fauner eenige lezenswaardige aanwijzingen voor het houden van nach telijke pat.tochten en verkenningen. Stof voor populaire voordrachten is te vinden in de rubriek Der Weltkrieg in Umrissen (K.i.W.u.B. Maart), Artilleristische grepen uit de werklijkheid (Mav. Maart, kap. Geel) en in Characteristics of Field Artillery (Cav. J. Jan./Feb. luit.kol. Vanderveetr) Sch. Luchtvaartnieuws. De Russische Luchtmacht. Hcewel den laatsten tijd reeds veel publicaties zijn verschenen over de Russische luchtmacht willen wij hier nog melding maken van een in „La France Militaire" van 25-3-'37 verschenen artikel Que peut-on attendre de I'aviation de l'U.R.S.S. van de hand van den Fr. gnl. Niessel, aangezien deze de o.i. overdreven voorstelling, welke dikwijls vooral van Duitsche zijde1) wordt gegeven van de sterkte van de Russische luchtmacht, tot normale proporties terugbrengt. Omtrent de huidige sterkte worden de volgende getallen vermeld. Er zijn thans aanwezig 112 escadrilles zware bommenwerpers en 36 esc.lichte bommenwerpers (in totaal 1400 toestellen in eerste lijn), 60 a 70 esc.jagers (600 toestellen) en 80 esc.vk.vlgn. (800 toestellen). In totaal beschikt Rusl. dus over 2800 toestellen in eerste lijn waarvan er ongever 600 in het Verre Oosten zijn gestation- neerd. Van de rest bevindt zich ongeveer nabij de W.grens. Het vliegend personeel wordt opgeleid aan 16 vliegscholen terwijl er 7 scholen aanwezig zijn voor de opleiding van het grondpersoneel. De recruteering levert echter veel moeilijkheden op, daar alleen overtuigde en volkomen betrouwbare communisten in aanmerking komen. Er bestaat vooral een aanzienlijk tekort aan technisch personeel (ingenieurs en werktuigkundigen), hetgeen de ont wikkeling van de vliegtuigindustrie ten zeerste belemmert. Volgens gnl. Niessel mag. Fr. niet al te veel steun verwachten van de R.luchtmacht bij een gebeurlijk conflict met Duitschland. Niet vergeten moet worden, dat D. van R. is gescheiden door het 800 km breede Polen. Autostrades en luchtgevaar. In dezelfde afl. van la Fr. Mil. wordt er op gewezen, dat de autostrades, welke door D. zijn of worden aangelegd en die voor een groot gedeelte in de richting van de Fransch-Duitsche grens loopen weinig gevaar voor Fr. opleveren. Deze groote geasfalteerde verkeersaders zijn zoowel bij dag als bij nacht zeer duidelijk uit de lucht zichtbaar zoodat zich daarop bewe gende tpn. en treinen evenals de autostrades zelf een ideaal doel vormen voor luchtaanvallen. Zoo zou gnl. Franco dan ook geen gebruik hebben durven maken van de door Primo de Riveira aangelegde autostrades. In L.W. 1937 Nr. 4 wordt in Autobahnen als Angriffsziel der Kampfflugzeuge de wijze, waarop dergelijke autostrades moeten worden aangevallen, uitvoerig besproken. In dit verband wordt verwezen naar „Die Luftstreitkrafte der Roten Arbeiter- und Bauern-Armee" door Schü (L.W. 1937 Nr. 2) waarin gesproken wordt van een huidige sterkte van 5.000 vlgn., welke in 2 jaar zou worden opgevoerd tot 15.000 toestellen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 88