auto's, zijn daar, om dit te bewijzen. Zoo passen zij vóór het
gevecht, daartoe veelal in niet geringe mate in staat gesteld dooi
de grillige en woeste terreinvormen, thans als regel op zeer
handige wijze het „getrennt marschieren, vereint schlagen" toe
en wordt de opmarsch waar noodig bij duisternis uitgevoerd,
terwijl de dag verspreid of in holen en grotten wordt doorgebracht;
hierdoor is het rendement van het luchtwapen uiteraard niet
onbelangrijk gedaald1). Tijdens de op Pesjawar uitgevoerde aan
vallen verzamelden de Afridis zich bij duisternis in de vele grotten,
welke zich bevinden in de op 25 a 30 km van de stad gelegen
reeds genoemde bergruggen, om des nachts derwaarts op te
trekken. Beheersching van deze verzamelplaatsen door het leggen
van vaste bezettingen op korten afstand van de ruggen maakte
een dergelijk optreden in de toekomst onmogelijk.
De bezetting van de Khadjoeri- en Akakhelvlakten beteekende
voor de Afridis een flinke klap zij toch „beschouwden Tairah
„als hun vader, de Khadjoeri vlakte als hun moeder, den Karawal-
„heuvel als hun zoon en den Besairug als hun dochter", van welke
vier thans alleen eerstgenoemde nog in hun ongestoord bezit is
gebleven. Het feit, dat de Britsche regeering er in tegenstelling
met vroeger niet meer voor terugschrikt, tot blijvende bezetting
van een over de administratieve grens gelegen gebied over te
gaan, heeft een dusdanige heilzame werking gehad, dat de Afridis
sedert 1931 betrekkelijk rustig zijn gebleven.
Tijdens de krijgsverrichtingen in de Khadjoeri- en Akakhel
vlakten was, m.u.v. de naaste omgeving van Tsjarsadda, binnen
de administratieve grens een einde gemaakt aan de Khilafat
beweging. In Maart 1934 dreigde de herwonnen rust weder ver
loren te gaan toen, als uitvloeisel van de door den Onderkoning-
Lord Irwin met Ghandi gevoerde besprekingen, aan vele bedrij
vers van politieke misdrijven, w.o. Abdoel Ghafar, amnestie werd
verleend. Zooals meer in dergelijke gevallen, beschouwde de
bevolking de invrijheidstelling van haar leiders als een capitulatie
van de regeering, temeer daar de jeugdbond niet het later
daaruit voortgekomen Roodhemden-vrijwilligersleger als wettig
werd erkend. De vrijgelaten „martelaren" lieten niet na, de
goegemeente in haar waan te laten en vingen hun politiek spel
opnieuw aan hierbij vervielen zij van kwaad tot erger, waarop
de regeering er op Kerstmis 1931 toe overging, Abdoel Ghafar
681
1) De grensbevolking beperkt zich echter niet alleen tot passieven afweer.
Laagvliegende vliegtuigen zijn meermalen het slachtoffer geworden van
scherpschutters, terwijl pantserauto's en vrachtautocolonnes meer dan eens
belangrijke schade hebben geleden door in den weg aangebrachte mijnen.
Wanneer de bemanning van de op deze wijze of door het aanbrengen van
versperringen tot halthouden gedwongen voertuigen onvoorzichtig genoeg
is, zonder het treffen van voorzorgsmaatregelen uit te stijgen, kan zij er
van verzekerd zijn, het slachtoffer te worden van een vuuroverval.