734
S. behandelt vervolgens een verdediging, welke in één nacht moet worden
georganiseerd, waarbij de divisie over 27 stun, van 25 mm beschiktde
opdracht is „standhouden"; de vij.vewn. zijn onkwetsbaar voor het gewone
inf.vuur. Een gemechaniseerde vij.afd. is den volgenden dag te verwachten
en een dag later een gemotoriseerd echelon van den vijand.
Het afwisselende terrein biedt op bepaalde plaatsen ruime gelegenheid
om met vewn. tusschen terreinvoorwerpen (bosschen, dorpen) op te treden.
De verdediging wordt zoodanig georganiseerd, dat de terreindeelen, welke
ontoegankelijk zijn voor vewn., als gesloten weerstandskernen worden inge
richt, terwijl al het vuur van de art. (incl. de 25 mm) wordt geconcentreerd
op het tusschenliggende terrein.
De weerstandskernen kunnen naar alle zijden front maken, zijn omgeven
met een doorgaande hindernis (in de dorpen barricades, in bosschen ver-
hakkingen op de uitgangen). Des nachts worden de weerstandskernen ver
bonden door „postes de liaisons", met een waarschuwende of weerstand-
biedende taak.
Grondgedachte is dusde terreingedeelten, waar de vewn. kunnen
optreden, worden niet bezet maar onder vuur gehouden uit terreinvoor
werpen, waarin de vew. niet kunnen doordringen.
Het anti vew. geschut z.v.m. flankeerend opgesteld (vewn. zien beter recht
vooruit dan op zij). De batn. bezetten terreindeelen van ongeveer 1x2 km2,
waarin ook de div.art. is opgesteld.
De inf. heeft tot taak de vij.inf., die de vewn. vergezelt, te bestrijden. Er
is geen divisie-reserve, de 3 regn. zijn naast elkaar opgesteld, bat. gewijze
in de diepte geëchelonneerd (teneinde de opeenvolgende „vewn. golven"
te kunnen weerstaan). De div. beslaat een frontbreedte van 10 km en
een diepte van 3 km.
S. berekent, dat deze wijze van verdedigen een goede kans maakt tegen
een snellen, vroegtijdigen aanval, met geen andere groote aanvalsmiddelen
dan de vewn. zoodat de aanvaller genoodzaakt wordt een overmacht aan
art. en inf. aan te voeren maar daarvoor is tijd noodig en „besoin de
temps (qui) travaille pour le défenseur".
Mil. Spectator Juni 1937.
Kap. M. R. H. Calmeyer behandelt in „De gevechten in Guadalajara 823
Maart 193T' de vraag of de afweermiddelen het overwicht, dat zij in den
wereldoorlog bezaten, thans, tegenover de moderne aanvalsmiddelen, hebben
behouden.
De nationalisten trokken voor den aanval op Guadalajara een stootgroep
samen onder bevel van den Italiaanschen gnl. Mancini, waarvan de kern
werd gevormd door 2 gemot. It. divn., de div. „Littoria" en de 3e Zwart-
hemden-divisie. Elk dezer divn. samengesteld uit2 regn. inf. van 3 batn.
a 3 fuseliercien. en 1 mitr. cien., tezamen 650 manper reg. voorts pantser-
afweergeschut, lt. en zw. bommenwerpers, 1 bij. 6,5 cm begeleidende art.;
een mitr. bat. 3 bij. art., w.o. 1 bij. berggeschut van 6,5, geladen op
vrachtauto's en 2 bijn. motortractie 1 bij. ld. gesch. van 2 cm 1 chemische
cie., waarbij 2 sien. vlammenwerpers pioniers vb. tpn., trein.
Elk bat. beschikte over 70 vrachtauto's voor troepenvervoer. Vermoedelijk
hebben aan deze zijde 50 vewn. aan den strijd deel genomen (zeer licht
type bezet door 2 man en bewapend met 1 mitr.) Voorts 4 jachtafdn. en
1 bombardeerafd.
Den eersten dag gelukte de verrassende aanval, 's vij. stelling werd
doorbroken en men kon 8 km oprukken, den volgenden dag rukte de
hoofdmacht 13 km op.
Door het bezwijken van een brug in den morgen van 9 Mrt. (den tweeden
dag) in den weg, waarlangs de hoofdmacht oprukte, ontstond hier een
ernstig oponthoud, waardoor het gnl. Miaja gelukte 10 Mrt. ernstigen
weerstand te bieden en het offensief tot staan te brengen. De heftige