926
Mavors Aug. 1937. De Verdediging tegen gemechaniseerde strijdkrachten
(uit de Revue Mil. Francaise vain Oct. 1936 bewerkt) door Kap. J. D. van
der Waall. Gedacht wordt aan een massa aanval van vewn., ondersteund
door inf., vervoerd in gepantserde terreinauto's, en gemot.art. De verdedi
ging moet partij trekken van de zwakke punten van een gemechan. eenheid.
De zeer Zichtbare colonnes op den marschweg, de opeenhoopingen van
voertuigen gedurende de legering, de welhaast niet te maskeeren gereed-
stelling voor den aanval, bieden de verkenningsorganen (vooral vlgn.) van
den verdediger gelegenheid den aanvaller op te sporen en hem met bom
aanvallen en in een later stadium met ver dragende art. te bestoken. Ook
de nagelaten sporen in het terrein zullen menigmaal belangrijke aanwijzingen
kunnen geven.
Het slechte uitzicht uit den vew. stelt den verded. in staat zich door
maskeering aan de vij. waarneming en derhalve voor een goed deel ook
aan zijn vuuruitwerking te onttrekken.
S. bepleit voorts een zoodanige opstelling van de verdedigende art., dat
deze in staat is de doorgedrongen vew. verbanden te bestrijden, hij acht
daarvoor een z.v.m. lineaire opstelling van de afd. noodig.
Ten einde de uitwerking van de groote snelheid der vewn. te beperken,
wordt behalve van de gebruikmaking van natuurlijke en kunstmatige
hindernissen ook aanbevolen de diepte van de stelling te vergrooten.
De diensten achter het front dienen ook verder achterwaarts te worden
georganiseerd, waartoe het ruim gebruik van den motor in staat stelt.
Het beste afweermiddel is de tegenaanval, mits het ingezette materieel
gelijkwaardig is aan dat van den tegenstander. De inrichting van een stelling
moet zich tegenover de aanzienlijk grooter geworden macht van den aanval
door gemechan. strijdkrachten kenmerken door een grootere diepte als
tegenwicht voor de groote snelheid der vew., en een zoodanige verdeeling
der krachten, gecombineerd met juiste camouflage, dat de vijand niet te
voren weet waar de grootste weerstand geboden zal worden en waar hij
dus zijn vuren moet brengen een zoodanige echelonneering dat de weer
stand steeds krachtiger wordlt.
Een reg.vak dient dan een hoofdweerstandsstrook van 5 km diepte te
hebben, (een gedeelte van) de art. kan aanvankelijk binnen deze strook
worden opgesteld. Bij een indeeling van 9 stun, antivew.geschut zou sche
matisch voorgesteld een reg.vak als hieronder is aangegeven kunnen zijn
ingericht.
Voorste zone
twee fui cien
twee Jten mtfr.
Wachten
o
G
o
twee betn.
beietten de
eengegeven njn
t etteen de 4.7, de
Midden zone
i jteunpunten en
0 wecrjtjndjkemei
v 0 ih mede de
•roomaemjte
Y hindernmen
ver fui. den
ici ven. mitr
negen itun. 4.7
mijnenveld.
ipec idle verv. hinderen
endere hinder nij
4.7 met hoofdichooh richting
zone.
Achterste zone.