Recapituleerende kunnen we als de hoofdoorzaken van het conflict dus aanwijzen voor Bolivia de noodzaak te beschikken over een in alle jaar getijden bruikbaren weg naar de zee, welke mede dienstig zou kunnen worden gemaakt aan den afvoer van de in den Westelijken Chaco ontdekte en gedeeltelijk in bedrijf gebrachte olievelden m.a.w. het bezit van de Rio Paraguay voor Paraguay: den wensch den Westoever van de Rio Paraguay te beheerschen, teneinde het bezit en het vrije gebruik van dien voor Paraguay hoogst belangrijken afvoerweg te verzekeren, en de noodzaak de levens en eigendommen te beschermen van de Paraguaysche kolonisten, die zich op den van edele houtsoorten en goede weidegronden (tot ver landwaarts) rijk voorzienen West oever hadden gevestigd. III. DE SAMENSTELLING EN DE UITRUSTING DER BEI DE WEERMACHTEN BIJ DEN AANVANG EN TIJDENS HET VERDERE VERLOOP VAN HET CONFLICT. In alle Z.Amerikaansche landen hebben de legers in vredestijd een buitengewoon geringe sterkte de inf. regn. tellen in doorsnee slechts 300 man. Bij de beoordeeling der aanvangsoperatiën zullen we daarmede dus wel rekening moeten houden. Het Boliviaansche leger telde in vredestijd 8.000 man, en was samengesteld uit 6 regn.inf., 3 regn.cav., 1 reg.art. en een reg. bg.art. Bij het uitbreken van het conflict bevond zich hiervan in den Chaco de 4e Inf.Div., bestaande uit 3 regn.inf. (sterk resp. 305, 305 en 205 man)een reg.cav. (sterk 155 man)een batterij (sterk 92 man) en eenig geneesk. personeel. Bolivia kende algemeenen dienstplicht voor alle burgers van 19 tot 50 jaar. De nationale garde, te beschouwen als territoriale reserve, had een sterkte van om en nabij 70.000 man. Gedurende het verloop van den oorlog bracht Bolivia met behulp van verschillende lichtingen een leger van 50.000 man op de been, verdeeld in 2 legerkorpsen, terwijl later, toen door ver schillende tegenslagen de noodzaak daarvan bleek, nog een derde legerkorps werd geformeerd, en tenslotte zelfs 18 lichtingen onder de wapenen waren. Paraguay beschikte in vredestijd slechts over een weermacht van 3.500 man, bestaande uit 6 batn.inf., 6 eskn.cav., 6 bijn.art. en 6 sien.mitr. Dit land zag echter kans door een algeheele mobi- 989

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 39