max. dag- productie- ton Projectielen van 75 mm 226.000 208.412.600 155 51.782 31.749.800 Inf. patronen 7.000.000 6.300.000.000 Geweren 3.800 2.375.000 Geweermitrailleurs 225.000 Mitraileurs 87.000 Kanonnen van 75 mm 60 17.339 Zware vuurmonden 6.722 Tanks 5.300 Vliegtuigmotoren 140 90.000 50.000 Chemische strijdmiddelen Houdt men bij de beschouwing van deze cijfers rekening met de omstandigheid, dat door den loop van de frontlijn gemiddeld gedurende het grootste deel van den oorlog 30 a 40 van het productie-apparaat was uitgeschakeld, dan kan men eenigszins bevroeden welken druk de voortbrenging van de weermachtbe hoeften gedurende de oorlogsjaren op de Fransche bevolking heeft uitgeoefend. Leest men, wat in dit opzicht in Duitschland, Enge land en Amerika werd verricht, dan blijkt, dat ook daar in gelijke mate bewondering afdwingende prestaties zijn geleverd. Men is dus alleszins gerechtigd in dit verband te spreken van een totaliteit van den modernen oorlog. Intusschen zijn de weermachtbehoeften sedert 1918 nog belang rijk gestegen. Sedert dien hebben de organisaties van de weer machten zich in de meeste landen wederom weten aan te passen aan de nieuwe mogelijkheden, welke de steeds voortschrijdende techniek heeft geboden en dat proces staat nog lang niet stil. Het aantal automatische wapens is nog steeds stijgende, ook op de vloten; het kaliber en het vermogen dezer wapens zijn vergroot; het luchtwapen is een defensieorgaan van de eerste orde geworden; uitbreiding van luchtdoelgeschut vraagt meer en meer de aan dacht mechanisatie en motorisatie van de legers schrijden voort, anti-tankgeschut wordt in steeds grootere hoeveelheden noodig' geacht. Deze ontwikkeling leidt voor vele landen tot consequenties, welke men thans nog niet geheel kan overzien. Slechts kan worden geconstateerd, dat de verhouding tusschen het productievermogen van oorlogsbehoeften van het industrie-apparaat in oorlogstijd en de grootte van deze behoeften van het eenmaal op volle capaciteit werkende in vredestijd opgebouwde oorlogsinstrument (land-, lucht- en zeestrijdkrachten) steeds ongunstiger moet worden. Dit probleem zal meer en meer de aandacht gaan vragen, mede in verband met de geringe kansen op localiseering van een conflict. 1026 totale productie van 'H-'18

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 76