1037 3. Een inf. front, waarin pag. opgenomen, kan in front slechts vernietigd worden door art. en vlgn.; vewn. kunnen slechts bij de uitbuiting van het succes, dan wel op een vleugel worden gebruikt en wel „sous forme d'une force indépendante". 4. Maar die zelfstandige afdeeling (gnl. Fuller kent aan pag. veel waarde toe) zal steeds bestaan uit vewn. (actief wapen) en pag. (defensief wapen) Mj. Cailloux geeft het volgende résumé van gnl. Fuller's denkbeelden a. Inf. met groot afwerend vermogen dus zeer geschikt voor het bezet houden van terreindeelen waarbij pag., zoodat zij niet, als in 1918, door vewn. kan worden overwonnen, maar alleen door art. en vlgn. b. Beide laatstgenoemde wapens voeren de frontale actie uit (gnl. F. spreekt hier niet over inf.); de uitbuiting van het succes is een taak voor vewn., waarbij pag. c. Actie van vewn. afdeelingen, waarbij pag., op de vleugels. d. V. Infanterie. Mil. Spectator Aug. 1937. Dit nummer bevat een drietal antwoorden op de prijsvraag: „Hoe moet, nadat contingentsuitbreiding zal zijn verkregen, de oorlogsorganisatie van de sectie worden vastgesteld Aangezien dit onderwerp ook voor ons van belang is, willen we de drie bekroonde inzendingen in het kort 'bespreken. I. De inzending van den le luit. der mf. J. J. A. Beaumont. In de eerste plaats behandelt luit. B. de vraag Uit welke groepen moet de sectie worden samengesteld. B. verwerpt de samengestelde groep, waarin vuur- en stootkracht zijn vereenigd, vnl. op grond van de moeilijkheden, welke hij ziet in de aanvoering door een mil. sergeant van de beide elemen ten vuur een beweging. De inzender zou o.i. gelijk hebben, indien gedurende de phase van het gevecht, waarin de groep moet strijden (welke phase dus begint op het moment dat het vuur van den It. mitr. of km. moet worden geopend) een andere beweging mogelijk zou zijn dan die van recht vooruit gaan met z.v.m. gebruik maken van iedere dekking, welke het terrein biedt. Daarvoor is geen tactiek noodig, alleen kijk op het terrein en moed. Op het strijdtooneel is althans bij den aanval zelfs voor den sie.cdt. nog de voornaamste (en zwaarste) taak: het geven van het goede voorbeeld. Luit. B. komt bij de oplossing van de eerste vraag tot de stelling: „de sectie moet zijn samengesteld uit twee soorten groepen mitrailleurgroepen (d.z. onze km.groepen) vormende de vuurkracht, geweergroepen (onze k. of g. brigades) vormende de stootkracht der sectie. De volgende vraag, welke beantwoording vergt is„Welke wapenen moeten aan de sectie worden toebedeeld?" Deze vraag wordt teruggebracht tot de keuze tusschen 2 of 3 lt.mitm. per sie. S. is voor 2 stuks, omdat hij de behoefte gevoelt aan een krombaanvuurwapen in de sie. en bij indeeling daarvan vreest 'hij dat dan een sie. met 3 autom.wapenen te log wordt. De invoering van 3 granaatgeweren per sie. wordt dan bepleit. Wij teekenen hierbij slechts aan, dat er nog steeds geen granaatgeweren op de markt zijn, welke aan redelijk te stellen eischen voldoen. Luit. B. komt nu tot de volgende organisatie a. commandogroep1 sie.cdt., 2 ordonnansen, 3 granaatgeweerploegen van 2 man b. 2 mitr.gpn. van 1 gp.cdt., 1 schutter, 1 helper en 3 handlangers c. 2 geweergpn. van 1 gp.cdt., 1 res.gp.cdt., 10 soldaten. Totaal 1 officier, 4 sergeanten, 2 korp. en 38 man.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 87