als Volkenbondslid, min of meer geisoleerd in een moeilijke
situatie komt te staan tegenover het land, waartegen de volken
bondsactie was gericht. Een zwak land zal het dan betreuren zich
in een vorige periode in den maalstroom te hebben laten mee-
sleepen.
Het vorenstaande leidt tot het stellen van tweeërlei conclusies
a. het is niet aannemelijk te achten, dat het streven naar beper
king van den totalitairen vorm van den modernen oorlog tot
piactisch resultaat kan leiden, terwijl het strijdig met 's Lands
belang zou zijn te vertrouwen op de nakoming van overeen
komsten, welke die beperking beoogen
b. de structuur van de statensamenleving, welke wordt be-
heerscht door de souvereiniteit van de staten, dwingt tot het
voeren van een buitenlandsche en defensiepolitiek, waarop
het bestaan van den Volkenbond slechts weinig invloed zal
mogen uitoefenen.
Steun voor de tweede conclusie vindt men thans weer in den
gang van zaken bij de Negenmogendheden-conferentie te Brussel.
Wanneer tot interventie zal worden overgegaan in het conflict
China-Japan de drang daartoe zal naar gelang Japan vorde
ringen maakt steeds grooter worden zal zulks niet geschieden
onder overwegenden invloed van den Volkenbond, doch onder
dien van de mogendheden, wier belangen bij den uitslag van dat
conflict in hooge mate zijn betrokken. Noorwegen, Zweden en
Denemarken, drie landen, welke steeds naar een krachtige
Volkenbondspolitiek hebben gestreefd en zich aanhangers ver
klaarden van het beginsel der collectieve veiligheid en ondeel-
baien vrede, hebben te Brussel bij monde van hun vertegenwoor
digers reeds verklaard voor dwangmaatregelen tegen Japan niet
te voelen, ondei het motief dat zij geen directe belangen in het
Verre Oosten hebben.
IV. De invloed van den „totalen oorlog" op de verhoudingen
in vredestijd.
Het is moeilijk, doch men zou zich kunnen voorstellen, dat de
handelsbetrekkingen tusschen de staten waren geregeld'op den
grondslag van vrijhandel, dat de landsgrenzen niet langer een
barrière vormden tegen economische samenwerking, dat de tol
muren waren afgeschaft en alle verdere handels- en verkeers-
belemmeringen hadden opgehouden te bestaan. Men zou zich
verder kunnen indenken, doch dit is nog moeilijker, dat de
wereldgoudvoorraden voor monetaire doeleinden opzettelijk ge
lijkmatig zouden zijn verdeeld over de circulatiebanken en dat
de staten zich zouden houden aan een overeenkomst, waarvan
1108
