1137 In normaal terrein wordt voor een inf.bat. een frontbreedte van 1500 m als norm gesteld. Rekening houdende met een geëigende opstelling in de diepte heeft men dan 60 m' per autom. wapen (het bat. heeft totaal 48 zw. en lt. mitrn.). Een dichter op elkaar plaatsen van de autom. wapenen acht S. ongunstig, omdat anders 2 dier wapenen tegelijk door een granaat buiten gevecht kunnen worden gesteld. Is het div. front zoo breed, dat een bat. een grootere frontbreedte dan 1500 m te verdedigen zou krijgen, dan geeft S. de voorkeur aan een niet aaneengesloten front, waarbij de batn. dan wel de cien. hun juiste frontbreedte houden, de gaten in het front slechts worden bewaakt en uitsluitend voor vuur worden afgesloten. In geval natuurlijke of kunstmatige hindernissen aanwezig zijn, kan de frontbreedte 2000 m bedrageneen grootere breedte brengt de gevechtsleiding in gevaar. Voor de div. wordt aldus de frontbreedte 6 a 8 km. Het manoeuvreeren met de reserves acht S. bij de verdediging ondeug delijk, beter is het de hoofdweerstandlijn krachtig te bezetten. De reserve's kunnen door den tegenstander gemakkelijk worden ontdekt en „nieder- gekampft", door gaten in de voorste lijn kan de vijand binnendringen en zich vastzetten aleer de reserves kunnen ingrijpen. S. bepleit dan ook een zeer zwak bezette voorpostenstelling en ruglijn. Hoogsten van den troep in reserve op 4 a 6 km achter de meest bedreigde stellinggedeelten. Zij dienen voor aanvulling van de verhezen in voorste lijn, ter versterking van de ruglijn 1200 m achter de hoofdweerstandslijn) voor het geval de vij. binnendringt en voor plaatselijke tegenstooten. Uit de rubriek „Heere F lotte Luftwafjen" vermelden we de samen stelling van het 4e zware bat., dat het Belgische inf.reg. heeft gekregen. T.w. 1 cie.mitr., 1 cie. 7,6 cm mortieren en 1 cie. 4,7 cm pag. Het Deensche inf.reg. telt, behalve 3 inf.batn., een cie. inf.geschut van 8 stun. 3,7 cm-kanonnen, het bat. heeft in zijn 5e cie. 6 mortieren en 4 stun, pag. van 2 cm. Militar Wochenblatt" nr. 13. De rubriek „Heere Flotte Luftwafjen", geeft de samenstelling van de Jap. lt.inf.div., welke in het bijzonder bestemd is voor de uitvoering van verkennende en beveiligende opdrachten. De div. telt 2 regn.inf., 1 gemot, en gemechan.reg. en 1 reg.art.; het reg.inf. totaal 2080 man van 3 batn. a 3 fus. en 1 mitr.cie. Het reg. telt 1600 zelflaad- geweren, 48 mitrn., 12 mitrn. voor pantserafweer, 6 mortieren van 81 mm. Het geheel te vervoeren op vrachtauto's. Het gemot, en gemech. reg. heeft 1 bat.vewn., 1 motorbat. en 1 lt.inf.bat., sterkte 1680 man, 30 vewn, 12 paun. en 4 mortieren. Het art.reg. telt. 3 afdn. a 3 bijn. Totale sterkte van de div. 10.500 man met 1000 vrachtauto's en 50 gepantserde voertuigen. „Revue Militaire Générale" Oct.nr. Het in de „Revue d'Infanterie" van Mei '37 verschenen artikel van den esk-cdt. Foucher„Considerations d'un artüleur sur la technique et la tactique d'emploi des mortiers de 81" wordt in de rubriek „Revues militaires francaises" besproken. S. acht de groep van 2 stun, voor een onderofficier te zwaar de vuureen- heid moet het stuk zijn. Vooral de overweging dat bij het leiden van 2 stun, de vuuropening vertraagd wordt, is bij S. doorslaggevend. „II faut laisser 1'artillerie faire son métier et ne pas la plagier a chacun sa part". Allgemeine Schweizerische MilitarzeitungSept. '37. Obit. Jaggi„Waldk'dmpfe" Aan de hand van ettelijke voorbeelden uit den wereldoorlog komt S. t.a.v. den invloed van bosschen op de gevechtsvoering en op het gebruik van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1937 | | pagina 83