en luchtwaarneming gereed gemaakt en op het daartoe vast gestelde tijdstip in hun geheel naar het water gedragen. Normaal worden vlotten van 3 drijfzakken toegepast. Deze worden gekop peld door 4 bamboes of rondhouten, welke met talidoeg of ijzer- draad aan de zich ter weerszijden der zakken bevindende ringen worden vastgebonden. Voor het vervoer van een dergelijk vlot zijn 6 a 8 man noodig, die het vlot op den schouder dragen. Ook kunnen vlotten van 2 of 5 drijfzakken worden samengesteld, terwijl de enkele zak alleen als vlot bruikbaar is door het aan brengen van vlerken van bamboe. De drijfzak-brug is zooals reeds vermeld een loopbrug voor infanterie en Inheemsche draagpaarden. De brug kan o.a. worden toegepast in de eerste phase van een gewelddadigen rivier overgang, nadat de vijandelijke oever voldoende is gezuiverd. Gewoonlijk wordt de brug dan gedeeltelijk samengesteld uit de vlotten, waarmede de eerste troepen zijn overgezet. Overigens kan deze brug worden toegepast onder allerlei omstandigheden, waarbij in den kortst mogelijken tijd een oeververbinding moet worden verkregen zij eigent zich in het bijzonder voor het over bruggen van wateren met een breedte van ten hoogste 60 m. De tijd benoodigd voor het slaan van de brug bedraagt gemid deld 1 minuut per m. Hierbij is dan echter aangenomen, dat het voor den brugslag benoodigde materieel op den oever gereed ligt. De drijvende ondersteuningen worden normaal gevormd door drijfzakken, op onderlinge afstanden van h.o.h. 1.28 m. De con- 67 vlot van benoodigd aantal roeiers. aantal over te zet ten uitgeruste manschappen. toelichtingen. enkele zak 2 vlotten bruikbaar tot stroomsnelhe- den van 2 m/ sec; alsdan is veelvul dige aflossing der roeiers noodig. 2) 2 zakken 2 3 3 zakken 3 6 5 zakken 5 10 1) Zie noot op blz. 65. Red. Bij het overgaan kan veelal met voordeel van een lijn gebruik worden gemaakt, welke z.m. reeds dadelijk na den eersten overzet ware aan te brengen. Bij de oefeningen in Bantam in Sept. j.l. viel het nalaten hiervan ons op. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 67