vervoer, welke afwijkt van die in andere legers, biedt voor
onze verhoudingen niet te onderschatten voordeelen. Immers
speciaal geconstrueerde auto's zijn met het oog op het nog steeds
in ontwikkeling zijnde tractievraagstuk al spoedig verouderd,
terwijl thans de vrachtauto's voor andere doeleinden kunnen
worden benut, wanneer het pontonmaterieel niet behoeft te worden
ingezet. Echter kleeft aan deze wijze van vervoer wel het nadeel,
dat de wijze van belading van de soms zeer in afmetingen vaiiee-
rende auto's niet steeds dezelfde is en daardoor met het opladen
meer tijd is gemoeid, dan wanneer over speciale auto's wordt
beschiktde practijk heeft echter uitgewezen, dat door een ploeg
van 10 man elke auto in ongeveer 15 minuten kan worden op- of
afgeladen, een snelheid, welke voldoende wordt geacht.
Pontonbruggen.
Met het pontonmaterieel kunnen zoowel 5 tons- als 10 tons-
bruggen worden gebouwd. Aangezien bij het leger te velde zelden
lasten van een gewicht grooter dan 5 ton voorkomen1), kan in
den regel met het slaan van 5 tons bruggen worden volstaan.
Zwaardere lasten tot hoogstens 6.5 ton kunnen zonder
bezwaar nog over deze bruggen rijden, mits de stroomsterkte niet
grooter is dan 1.50 m/sec, de voertuigen een onderlingen afstand
onderhouden van minstens 3 brugvaklengten en een rijsnelheid
hebben van hoogstens 6 km/u.
Naar gelang van den vorm van het dwarsprofiel van de rivier,
past men de volgende brugtypen toe
a. bruggen met pontons
b. bruggen met schragen en pontons
c. bruggen met schragen.
Aangezien bij de meeste rivieren de waterstand zich geregeld
wijzigt en veelal hooge oevers voorkomen, zullen gewoonlijk
bruggen met schragen en pontons worden toegepast.
Bruggen met schragen kunnen worden toegepast, indien de
waterdiepte te gering is om de belaste pontons drijvende te houden.
Daar het aantal bij de pontonafdeelingen aanwezige schragen
gering is, zullen deze bruggen slechts bij uitzondering toegepast
kunnen worden.
Bij de 5 tons-bruggen komen dus normaal voor
a. schraagvakken (vaklengte 4.75 m), waarbij de brugliggers
reiken van landhoofd (c.q schraag) op schraag of van ïandhoofd
(c.q. schraag) op het drijvende bruggedeelte
74
b De practijk zal o.i. vaak anders zijn, wij denken o.a. aan onze pantser
auto's. Men zij voorzichtig met het vaststellen van zulk een grens en neme
een ruime marge. Red.
