209 Op diplomatiek gebied boekten de Japanners het succes, dat de incidenten betreffende de beschoten Amerikaansche en Engelsche marinevaartuigen uiterlijk op voor de betrokkenen bevredigende wijze werden geregeld; anderzijds schijnen de mogendheden inzake de verschillende incidenten gaandeweg een krachtiger houding te zullen aannemende Franschen gaven daarvan in Tientsin het voorbeeld. Tusschen China en Japan bestaat na de terugroeping van de wederzijd- sche ambassadeurs, gevolgd op het door China afwijzen van de inderdaad voor dit rijk onaanvaardbare vredesvoorwaarden, voor de overbrenging waarvan de Duitsche vertegenwoordigers hun bemiddeling verleenden, thans practisch een volledige oorlogstoestand. Wel zijn deze voorwaarden later gevolgd door andere, welke al heel wat minder ver gingen, doch ook deze wees de thans te Hankou zetelende centrale regeering van de hand. De hiervoor genoemde door de Duitsche vertegenwoordigers gespeelde rol oogstte in Tokyo grooten lof intusschen schijnt men daarover in Berlijn ietwat anders te denken en eenigermate beducht te geraken voor den keer, welken de zaken hebben genomen, o.m. met het oog op het gevaar dat Japan dreigt van de zijde der Russen, die met grooten spoed hun strijdmacht in het Verre Oosten versterken. Terwijl de Japanners tot nu toe weinig bereikten met het instellen van de verschillende autonome regeeringen, waarvan die in het weder tot Peking herdoopte Peiping in N. China in de plaats zou treden van de niet langer door hen erkende centrale regeering en er volgens veler meening een actie dreigt in Z. China, is de houding van Japan tegenover het buitenland in de laatste dagen veel gematigder geworden. Sch. 26-1 -'38. BOEKBESPREKING. Verbleekte Films. Herinneringen van een Oud-Zeeofficier, door G. F. TYDEMAN. Uitgegeven bij W. P. van Stockum Zoon N. V., Den Haag. In dit 175 bladzijden tellend boek wordt een 18 tal schetsen gegeven, gegrond op voor het meerendeel eigen belevenissen van den schrijver als jong zeeofficier bij de Koninklijke Marine, voornamelijk in de Indische wateren. De meeste schetsen dateeren uit een tijd, die reeds ruim 50 jaren achter ons ligt. Behoudens een paar uitzonderingen, worden een voudige ervaringen weergegeven, welke nauwkeurig zijn te boek gesteld. De „films" spelen dus in den tijd, toen onze Marine nog op ruime schaal gebruik maakte van zeil vermogen, zij het ook naast stoomvennogen. Vandaar dan ook, dat wij hier een overvloed van typische woorden en uitdrukkingen terug vinden, zooals die op zeilschepen werden gebezigd. Voor niet- zeevarenden zijn afzonderlijke toelichtingen opgenomen. De schetsen laten zich aangenaam lezen stijl en taal zijn zeer verzorgd. Ons trof het meest„de Krakatau-uitbarsting in 1883" (uit het Oranje nummer van het Marineblad 31 Augustus 1898), zooals deze ramp werd beleefd aan boord van Z. M. „Koningin Emma", die toen aan den steiger van Onrust gemeerd lag. Het boekje zal zeker in den smaak vallen van hen, dié belangstellen in het leven aan boord, een halve eeuw geleden, en meer in het bijzonder nog van hen, die dit leven, vooral bij de Koninklijke Nederlandsche Marine, van nabij hebben medegemaakt. C.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 107