toen de vechtwagens daardoor te zwaar, te langzaam werden en
dientengevolge te kwetsbare doelen zouden vormen voor de
artillerie, nam men zijn toevlucht tot de snelheid als middel om
aan het gerichte vuur van het afweergeschut te ontglippen. Om
een groote beweeglijkheid te kunnen bereiken moesten de vecht
wagens echter minder zwaar gepantserd zijn. Hiervan was weer
het gevolg, dat een voltreffer van het afweergeschut zeker het
verlies van een wagen beteekende. Vergrooting van het aanvals
front en gelijktijdige inzet van een groot aantal vechtwagens was
ten slotte de laatste poging om de uitwerking van het afweerge
schut, zij het relatief, te verminderen.
Het uiteindelijke resultaat was, dat de vechtwagens, welke
aanvankelijk op het gevechtsveld dezelfde snelheid konden ont
wikkelen als de infanterie en derhalve uitstekend geschikt waren
om met de infanterie samen te werken welke samenwerking
trouwens de aanleiding is geweest voor het in het leven roepen
van de tank door den strijd pantserafweergeschut in technisch
opzicht een dusdanige metamorphose hadden ondergaan dat zij
tactisch niet meer konden voldoen aan de oorspronkelijke taak
de vechtwagens liepen weg van de infanterie.
Men stond nu voor een moeilijkheid. Oorlogservaring met het
nieuwe strijdmiddel had men niet, de nieuwe vechtwagentactiek
moest dus op manoeuvre-ervaring worden gebaseerd.
Aangezien de vechtwagens wel in het door den vijand bezette
terrein kunnen binnendringen maar dit niet kunnen vasthouden
en bezetten en deze laatste taak alleen door infanterie kan worden
uitgevoerd, was nauwe samenwerking met de infanterie nood
zakelijk en derhalve slechts één oplossing van het vraagstuk
mogelijk, namelijk de snelheid van de infanterie te vergrooten
de infanterie moest worden gemotoriseerd.
Zoolang de infanterie echter wordt vervoerd op motorvoer
tuigen is zij evenmin in staat het terrein te bezetten, zij zal daartoe
tijdig de voertuigen dienen te verlaten. De motoriseering kan in
dit geval derhalve slechts dienen als middel om de infanterie
versch en onvermoeid in het gevecht te brengen, factoren, welke
uiteraard gunstig zijn voor het vergrooten van de snelheid van
handelen een volkomen oplossing van het vraagstuk werd hier
door echter niet verkregen.
Men kwam door motoriseering van de infanterie tot het in het
leven roepen van gemotoriseerd-gemechaniseerde eenheden,
waaraan zelfstandige, operatieve opdrachten konden worden
gegeven.
De eigenlijke steun van den infanterieaanval, voor welke taak de
vechtwagens oorspronkelijk bestemd waren geweest, werd losge
laten. Men ging zelfs zoover de infanterie niet meer als hoofd
wapen te beschouwende rollen werden omgedraaid. In een
toekomstoorlog zouden de gemechaniseerde troepen het hoofd-
137