onderscheidt als 3 hoofdgroepen de lichte, middelbare en zware vechtwagens. In elk dezer hoofdgroepen is de verhouding tusschen kracht en snelheid verschillend, hetgeen vooral tot uiting komt bij de groep „lichte" vechtwagens. Bij beschouwing van de bij de verschillende legers in gebruik zijnde vechtwagens, komt betreffende de tonnage der wagens het volgende naar voren. Van 2 tot en met 9 ton zijn vrijwel alle tonnages vertegen woordigd, daarna volgt een groep van 11 ton tot 20 ton en ver volgens een groep van 30 ton en meer. Deze 3 groepen vormen in bijna alle legers de lichte, middelbare en zware vecht wagens. De lichte vechtwagens tot 6 ton hebben een pantsering, welke varieert van 9 tot 13 mm, zoodat zij slechts bescherming geven tegen geweervuur en vuur uit gewone automatische wapens. De wapening van deze vechtwagens bestaat uit een mitrailleur of 2 gekoppelde mitrailleurs, de snelheid bedraagt 40 tot 60 km/u, terwijl de actieradius zich uitstrekt tot 200 km. Deze tanks zouden kunnen worden aangeduid met „snelle lichte vechtwagens". De tot deze groep behoorende vechtwagens met een gewicht van 2 tot 3 a 4 ton waarvan de zeer zwakke wapening niet in koepels is opgesteld, zouden „kleine vechtwagens" kunnen worden genoemd, terwijl de overige vechtwagens van de „snelle lichte" groep, dus die van 3 a 4 tot 6 ton, welke evenals de zwaardere types hun wapens geheel of gedeeltelijk in koepels hebben opgesteld, als „snelle lichte koepel-vechtwagens" zouden kunnen worden aan geduid. De vechtwagengroep van 6 tot 10 ton heeft een pantsering van 13 mm of meer, zoodat hierdoor bescherming wordt gegeven tegen het vuur van verschillende pantserafweer-kanonnen de meestal dubbele wapening is opgesteld in een draaibaren koepel, terwijl snelheid en actieradius respectievelijk 30 tot 40 km/u en 200 km bedragen. De tot deze groep behoorende lichte vechtwagens staan dus in snelheid achter bij de groep „snelle lichte vechtwagens", zij beschikken echter over een zwaardere pantsering en wapening en zouden deswege kunnen worden aangeduid met de benaming „krachtige lichte vechtwagens". Een onderverdeeling van de groepen middelbare en zware vechtwagens is in den huidigen stand van ontwikkeling der vecht wagens nog niet noodig. Ten slotte vormen de Christievechtwagens een afzonderlijke klasse, welke die der „zeer snelle vechtwagens" zou kunnen worden genoemd. Voor een overzicht van het voorgaande moge ondervolgend schema dienen, samengesteld naar gegevens, voorkomend in Heigl's Taschenbuch der Tanks en in Perré's „Les Chars de Combat". 144

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 42