200 heeft de industrialisatie van het land aan te passen aan de eischen van de weermacht. Volgens Reuter's marine-correspondent zullen verder aanvul lende maatregelen tot uitvoering worden gebracht om de veiligheid van de Kaap-route te verzekeren. Zoo zullen de havenwerken aan de West en Oost-Afrikaansche kust, nml. te Bathrust, Freetown, Lagos, Beira, Mom basa en Port Louis (Mauritius) worden uitgebreid en van brandstofdepots t.b.v. de vloot, worden voorzien. Ook aan uitbreiding van de luchtverbin- dingen wordt groote aandacht besteed de trans-Afrikaansche luchtroute van de Imperial Airways over Egypte, Soedan en Oost Afr. naar Kaapstad krijgt vermoedelijk een duplicaat langs de West-Afr. kust via Gambia, Sierra Leone, Goudkust, Nigeria, Kameroen, Angola en Z.W. Afrika. Van belang is ook het feit, dat ingeval Eng. niet over de vloeibare brandstof uit Iran en Irak kan beschikken, het de benoodigde oliën zal kunnen aanvoeren uit de West-Ind. bezittingen en Amerika. De bouw van een diepe haven te Port of Spain bijv. vormt een aanduiding, dat Eng. strategische waarde hecht aan de West-Indische eilanden. Betreffende Eng.'s positie in het Verre Oosten valt in de vakliteratuur o.m. het volgende op. Gezien de geringe beteekenis van de Chin, vloot, beheerscht Japan onder de huidige omstandigheden de Chin, zee volkomen; ook het Britsche Eskader in de Chin, wateren vormt voor de Jap. vloot geen ernstig gevaar. De vlootbasis Hongkong, welke sedert Eng. zich na de vlootconferentie van Washington (1922) terugtrok uit Weihaiwei, het Oostelijkste steunpunt is van de Britsche wereldmacht, zal zeker niet gemakkelijk zijn te veroveren1), doch de kans op behoud van dit bolwerk in het geval, dat Japan er alles op zou zetten het te vermeesteren, wordt niet hoog aangeslagen. Hongkong ligt immers niet minder dan 1430 zee mijlen van Singapore af, terwijl de Jap. marine-bases op Formosa en de Pescodores (Mako) slechts 200 zeemijl van Hongkong zijn verwijderd. Zoolang er te Singapore nog geen slagschepeneskader is gestationneerd (en dit zal eerst mogelijk zijn over enkele jaren, als de thans in aanbouw zijnde slagschepen gereed zijn gekomen) hangt het Britsche steunpunt Hongkong „in de lucht". Alleen, indien de toestand in Europa zoo rustig is, dat de Britsche slagvloot zonder risico naar het Verre Oosten zou kunnen worden gedirigeerd, kan het Britsche eskader in China worden gesteund (al zal het dan toch altijd nog geruimen tijd duren, alvorens die slagvloot ter plaatse aanwezig zou kunnen zijn). Ook Australië's defensie staat in het teeken van de algemeene belang stelling. Minister-president Lyons heeft kortelings in het Austr. parlement een uiteenzetting gegeven van de Austr. defensiepolitiek, tijdens welke vergadering tevens de meeningsverschillen ten aanzien van de defensie- maatregelen tot uiting kwamen. De minister verklaarde, dat de vloot als het belangrijkste onderdeel van de Austr. defensie moest gelden. De veilig heid van de imperieele belangen op het Oostelijk halfrond was volgens dezen bewindsman afhankelijk van de aanwezigheid van een krachtige vloot in Singapore, ten einde de verbindingslijnen over zee te kunnen waar borgen. De historie toont aan - aldus Lyons dat de strijd om overzeesche bezittingen steeds beslist is door het resultaat van den strijd om de beheer- sching van de zeewegen. De defensie van Australië dient daarom eenerzijds gegrond te zijn op eigen kracht, doch anderzijds op nauwe samenwerking met het „Empire". Volgens Lyons is een sterke luchtmacht wel een geducht De Manilla Bulletin weet voorts te melden, dat het garnizoen van Hongkong van 4 bataljons tot 6 batn. wordt uitgebreid, terwijl ook reeds een aanvang is gemaakt met den aanleg van nieuwe kustbatterijen en andere kustwerken, terwijl ook de luchtdoelbestrijdingsmiddelen aanzienlijk worden versterkt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 98