sterken ook Opgewonden berichten bereikten Wasmusz in Sjiras, waarin zij hem hun hulp toezegden voor den strijd tegen den Engelschen indringer in Boesjair. Einde Mei 1915 ging Waszmusz daarom naar Tangistan om met de Khans alles voor te bereiden. Na 6 dagreizen was hij in Ahram en voerde hij besprekingen met Sair Kheser Khan, Sjaich Hoesein van Tsjahkoetah en Rais Ali van Delwar, die te zamen een 1200-tal gewapenden konden opbrengen Men kwam overeen, dat Waszmusz zou steunen met wapens en geld, voor zooverre hij die zou kunnen verschaffen, al verheelde hij hen niet, dat verdere zendingen uit Duitschland allerminst verzekerd waren. Toch aanvaardden de Khans zijn plannen. Intusschen hadden de Britsche autoriteiten in Boesjair al lang de lucht gekregen van wat er in en om Ahram voorviel, en dadelijk een luid protest in Teheran doen weerklinken tegen de rebel- leerende stammenwat den Duitschen gezant er toe bracht aan Waszmusz te telegrafeeren„Regierung auszerst beunruhigt über Ihre agitatorische Tatigkeit. Fordert Ihre sofortige Rückkehr nach Schiras". Waszmusz antwoordde hierop ,,,Bitte bei der persischen Regierung die Auslieferung der in „Südpersien gefangenen Deutschen zur Bedingung meiner „Rückkehr nach Schiras zu machen", welk verzoek natuurlijk werd afgewezen. Hij stond nu voor de keuze als Consul terugkeeren naar Sjiras, öf in Tangistan blijven en ontslag nemen als Consul. Het laatste koos hij, zoodat in zijn plaats in Sjiras Wustrow als consul werd benoemd, en hij geheel vrij was tot handelen. Tusschen het handelen van een Westerling en dat van Perzen bestaat echter nog al eenig verschil. Eerst tegen 12 Juli 1915 waren een 600-tal krijgers verzameld, en richtte Sjaich Hoesein, op voorstel van Waszmusz, een formeel ultimatum tot den Engel schen bevelhebber in Boesjair, waarin hij den eisch stelde de Duitsche gevangenen uit te leveren, bij niet inwilliging waarvan tot den aanval zou worden overgegaan. Wat Waszmusz gebracht kan hebben tot dit ultimatum is niet recht duidelijkuit zijn biografie blijkt het niet. De reactie ervan moge blijken uit het verslag dat Christopher Sykes ervan geeft op blz. 92 van zijn boek 221 „At times, Wassmuss's inclination to romantic and, it must be „admitted, somewhat fatuous (dwaas) idealism, would override his „judgment. If this day had been accomplished according to Wassmuss's 1) Men dient zich van die bewapening niet te veel voor te stelleneen geweer van een of ander model en wat patronen, meer niet. Natuurlijk geen mitrailleurs, geen vuurmonden, geen aanvoer in 't kort: partij- gangerswerk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 13