aan het offensief der Chineezen in den weg staat. Voor hen gelden als een vonnis de gedenkwaardige woorden, welke maarschalk Foch na de „bataille de Flandres" in 1914 neerschreef: „Nous avons échoué dans notre tentative d'offensive en parti culier par insuffisance d'artillerie lourde il nous faudra avec engins blindés rechercher et détruire la mitrailleuse ennemie Une fois de plus l'allure de la guerre résulte des engins et du matériel dont elle dispose. L'homme si vaillant soit-il, ne peut a lui seul la modifier. Sans ce matériel, ïl est totalement im- puissant" (1). Daarmede is de in den aanvang gestelde vraag feitelijk beant woord. De Chineesche legerafdeelingen staan onmachtig tegenover de materieele overmacht der Japanners. In stellingen moeten zij bescherming zoeken tegen de vijandelijke artillerie, die niet door eigen artillerie wordt bedreigd. Zij hebben geen middelen om den eigen aanval voor te bereiden en te ondersteunen, noch door eigen artillerie, noch door tanks, noch door vliegtuigen. Slechts door opoffering van ontzaglijke menschen-massa's en onder betoon van grooten moed slagen zij er in frontaanvallen af te slaan, maar tegen bedreiging in flank en rug door de zoo beweeglijke gemotoriseerde Japansche troepen is hun moreel niet bestand door gemis aan vertrouwen in hun aanvoerders en hun eigen gebrekkige mobi liteit. Daardoor is hun strijd, ondanks betoonden moed en opofferings zin, ondanks hun zooveel grootere getalsterkte, hopeloos. Zij kunnen den opmarsch der Japansche legers frontaal niet stuiten. Slechts indien zij aan den onverminderden frontalen weerstand op uitgebreide schaal op de steeds langer wordende verbindingslijnen der Japansche legers de guerilla zouden weten te organiseeren, zou het hun wellicht kunnen gelukken het op rukken der Japanners verder dan een bepaalde lijn in het einde- looze Chineesche gebied te beletten. Indien althans daarbij hun eigen organisatie, discipline, geldmiddelen en aanvulling van wapens en munitie het lang genoeg uithouden. Shanghai, 3 Februari 1938. J) Cursiveering van den S. 253

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 47