nemingen niet, en de uitkomsten bevestigen de juistheid van deze opvatting, die ook theoretisch volkomen verantwoord is. De for mule, volgens welke het azimut van de zon of ster berekend woidt, luidt sin.h sin.rosin S cos. A 7-1waarin cos. h cos.qj A het (noordoostelijk) azimut, h de gemeten zons- of sterrehoogte, de zons- of sterredeclinatie op het tijdstip der waarneming, q, de geografische breedte van de plaats van waarneming. Bovenstaande formule kan ook geschreven worden in den vorm: sin. sin. h sin cp cos. h cos. <p X cos. A. Wanneer we willen nagaan in welke mate een hoogtefout het azimut beïnvloedt, kunnen we in deze formule A differentieeren naar de veranderlijke h dA ISTa - !(Ta7 Met behulp van deze formule zouden we in staat zijn om in elk voorkomend geval te berekenen, hoe groot de fout in het azimut (dA) zal zijn, als gevolg van een fout in de gemeten hoogte (dh). Wij kunnen dit b.v. doen voor de zonshoogten 0 200 O/oo), 30 725 0/oo), 45° 43' 1000 o/00) en 54° 1145 °/oo) en bij declinaties van 23° 27' (maximum waarde), 0° en 23° 27' (minimum waarde). De geografische breedte is van minder belang, en bovendien weinig variabel, zoodat we ons hierbij zullen beperken tot 7° 09' 200 fictieve km) ongeveer een gemiddelde waarde voor de Noordkust van Java. Onderstaande tabel van de waarden sin a tg. A 9eeft dan de coëfficiënten aan waarmede de hoogtefout vermenigvuldigd moet worden om de fout in het azimut te krijgen. Bij de beschouwing van bovenstaande cijfers kan men het volgende opmerken Tot 30° zonshoogte komt de hoogtefout hoogstens slechts voor de helft tot uiting, bij grootere hoogten neemt de invloed sterk 359 0 cos. h sin.q dh cos.h cos. q> sin.A dA sin. h. cos. q> cos. A dh. cos. h sin. q> sin. h cos. q> cos. A HA k dh. cos. h cos. cp sin. A tg. q, tg.h tg. q> tg. h hoogte declinatie 4- 23° 27' 0° 23° 27' 0° 30° 45° 54° 39' 0,14 0,52 1,19 2,54 0,12 0,17 0,26 0,37 0,14 0,11 0,36 0,67

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 49