van de vechtwagens over verschillende „golven" wordt verdeeld en de commandant tevens in de gelegenheid is plotseling opdui kende doelen „uit de diepte" te bestrijden. Een voordeel van deze diepte-formatie is voorts, dat de invloed van den vecht- wagenaanval op 's vijands wapenwerking zich geruimen tijd zal doen gevoelen, zoodat de infanterie hiervan gebruik kan maken om terrein te winnen en zij ten slotte de hoofdweerstandsstrook van den vijand zal kunnen binnendringen ongeveer gelijktijdig met de laatste vechtwagengolf. De verdere taak van de infanterie is nu het bezetten van het terrein waarin de vechtwagens zijn doorgedrongen en te trachten het behaalde succes verder uit te buiten. Kan de vervolging worden ingezet, dan zal het van groote waarde blijken te zijn indien men nog de beschikking heeft over aanvankelijk in reserve gehouden lichte vechtwagenafdeelingen om het moreel van den terugtrekkenden vijand te breken en hem het innemen van opnamestellingen te beletten, althans te bemoeilijken. Door de groote dieptewerking van de vechtwagens is het afgeven van artillerievuur in het aanvalsvak x) na het uitbreken van de vechtwagens vrijwel uitgesloten. De taak van de artillerie moet zich dan ook beperken tot een korte inleidende beschieting voor het leggen van rookschermen en het opruimen van mijnen, het krachtig onder vuur nemen van de frontgedeelten waarop de hoofdaanval niet wordt uitgevoerd, alsmede het leggen van beschermende vuren op de flanken van het aanvalsvak en wel voornamelijk daar waar tegenaanvallen van gemechaniseerde en gemotoriseerde troepen kunnen worden verwacht. Uit het hiervoor in het kort opgebouwde schema voor het uitvoeren van een vechtwagenaanval met technisch modern mate rieel zijn de volgende algemeene grondslagen vast te stellen. a) De vechtwagenaanval moet na den inzet zoo snel mogelijk worden doorgevoerd, waarvoor de vechtwagens den steun van hulpwapens (artillerie, vliegtuigen, pioniers enz.) niet kunnen ontberen. Tijdens de doorvoering van den vechtwagenaanval zijn deze wapens ondergeschikt aan de tijdelijk als hoofdwapen optre dende vechtwagens. De infanterie moet van de door deze samen gestelde actie bereikte resultaten profijt weten te trekkenook zij zal zich dus tiaar de vechtwagens moeten richten. Zoodra de taak van de vechtwagens is volbracht, m.a.w. zoodra de voor- waartsche beweging niet meer tot stilstand dreigt te komen door 's vijands wapenwerking, zal de infanterie weer de oude plaats in het gevecht der verbonden wapens kunnen innemen. J) Onder aanvalsvak wordt verstaan het vak waarbinnen de aanvals- strooken van vechtwagens en infanterie, welke een gemeenschappelijk aanvalsdoel hebben, vallen. 421

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 11