lichtgeloovig genoeg was, om aan te nemen, wat slimmer lieden hem wijs maakten. Hij was het werktuig, dat men noodig had, om het na bewezen dienst in een hoek te laten liggen". En één dier slimme lieden was Kjahi Madja voornamelijk door hem werd Dipa Negara geïnspireerd. Ook in de Inlandsche wereld wordt Dipa Negara zoo beschouwd. Een typisch voor beeld geeft daarvan een priester, die door Resident Mac Gillavry in November 1826 als spion naar het hoofdkwartier van Dipa Negara werd gezonden. Na terugkomst verklaarde deze bood schapper: „dat Kjahi Madja als de eenige man moest worden beschouwd, die den oorlog wilde voortzetten. Hij was het, die de zaken bestierde, terwijl Dipa Negara zelf, ofschoon den titel van Sultan voerende, geen gezag uitoefende en niets zonder Kjahi Madja kon uitrichten, ja ongetwijfeld den oorlog moede was". x) Generaal De Koek noemt Kjahi Madja in één zijner brieven aan Kolonel Cleerens, handelende over de onderwerping van Dipa Negara's Rijksbestierder Danoe Redja, „den Minister van Eere- dienst" en Sentot „den Minister van Oorlog". 2) In deze verhouding werkten ongetwijfeld de drie hoofdleiders van den opstand samen. Ging in den beginne alles naar wensch, na eenige jaren kwamen er moeilijkheden opdagen. Het is een meer voorkomend verschijn sel, en vooral in de Javaansche geschiedenis, dat op de hoogte punten van hun roem nauw samenwerkende persoonlijkheden oneenigheid krijgen over de na te streven oogmerken. De twist tusschen Mangkoe Boemi en Mas Said in 1755 is een klassiek voorbeeld van dergelijke meeningsverschillenindirect leidde hun onderling gekrakeel tot de verdeeling van het oude Mataram in drie deelenSoerakarta, Djocjakarta en het gebied van den Mangkoe Negara. En tijdens den Java-oorlog herhaalde de geschie denis zich, zij het op minder in het oog loopende wijze. De afgunst begon èn Dipa Negara, èn Kjahi Madja te steken, met gevolg, dat eigen zaak werd verzwakt en het Nederlandsche gezag zich kon herstellen van de toegebrachte zware slagen. Hoofd zakelijk Dipa Negara's hooghartig karakter zal oorzaak geweest zijn van de verwijdering tusschen de beide hoofdfiguren uit den Java-oorlog. Dipa Negara's kracht om den opstand te leiden bleek niet voldoende te zijn, doch de erkenning, dat Kjahi Madja en Sentot zijn meerderen waren in organisatie en krijgstalent bleek voor het karakter van Dipa Negara een te zware opgave te zijn. Men heeft laatstgenoemde wel eens een historische Hamlet-figuur genoemd, omdat een zelfstandig, fier optreden en een resolute x) Louw, III, blz. 60. 2) De Klerck, V, blz. 541. 447

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 37