504 10. VAN HET WERELDTOONEEL. In de geleidelijk toegespitste Europeesche verhoudingen trad in April een aanmerkelijke verbetering in. De grootste ontspanning werd veroorzaakt door het Engelsch-Italiaansche accoord, waarvan de belangrijkheid meer voortspruit uit het door de totstandkoming getoonde bewijs van goeden wil, dan door den inhoud van de overeenkomst, welke niet anders is dan een erkenning van de werkelijkheid. Zonder nu zoo ver te gaan als Cham berlain's politieke tegenstanders, die het accoord betitelden met „Engeland's grootste nederlaag", dient wel te worden bedacht, dat de juiste waarde in de practijk zal moeten blijken. Botsingen en wrijvingen zullen ook in de toekomst niet zijn uitgesloten aanleidingen te over liggen reeds 'besloten in het feit, dat de Middellandsche Zee naast „Strasze Englands (the Road to India)" is „das Leben Italiens". Een goed voorbeeld doet goed volgen, zoo trad Frankrijk onmiddellijk in het Engelsche spoor en poogde, eveneens nog voor de pompeuze ontvangst van Hitler in Italië, met zijn Z.O.-nabuur tot een overeenkomst te geraken. Voorloopig zouden de onderhandelingen nog zijn afgestuit op de kwestie van Tunis, in welk Fransch gebied waar juist dezer dagen ordeverstoringen plaats hadden de bevolking voor een niet onbelangrijk deel bestaat uit Italianen. Het is overigens niet de eerste maal, dat Tunis een twistpunt vormt tussohen Parijs en Rome dit is van de bezetting door Frankrijk af vrijwel doorloopend het geval geweest. Werd in 'Duitsdhland op het igdtroffen Engelsdh-Italiaansche accoord slechts gereageerd met de mededeeling, dat de daarmede bereikte ontspan ning van veel waarde was te achten, elders zag men in die overeenkomst en de Fransch-Italiaansche onderhandelingen voorteekenen voor een komend Viermogendhedenverdrag. Voorloopig is dit echter toekomstmuziekna de gebeurtenissen in 'Maart is Londen ietwat huiverig voor toenadering tot Berlijn, dat daarin een stimulans zou kunnen vinden voor verdere actie in Midden-Europa. Juist m.h.o. hierop liet Warschau blijken, weinig te voelen voor een dergelijk verdrag, tenzij Polen het vierde lid zou zijn het betoog liet aan duidelijkheid weinig te wenschen over Polen was toch de eenige dam tegen een verderen 'Duitschen opmarschIn welke richting deze werd gedacht, valt niet moeilijk te gissen reeds wilde men weten van een afspraak, dat Italië zijn invloed zou mogen uitstrekken over Albanië, Joegoslavië en Griekenland Duitschland over Hongarije en Roemenië, terwijl Bulgarije en Turkije tot beider invloedssferen zouden behooren. Doch wat te denken in dit verband van de eenige weken geleden zoo vriendschap pelijk verloopen besprekingen tusschen den Poolschen min. Beek en den Duce Het heeft er allen indruk van, dat Mussolini bij de komst van den Führer vele ijzers in het vuur wil hebben. Intusschen raakt Tsjechoslowakije steeds meer in het gedrang amnestie en concessies aan de Sudeten-Duitschers verhinderden niet, dat deze minderheid voor de regeering wel moeilijk te aanvaarden eischen stelde. Ook de Roetheensche, Hongaarsche en Poolsche minderheden roerden zich, beide laatste groepen niet geheel zonder voorkennis van het moederland. Doch ook daarbij bleef het nietduidelijk lieten Belgrado en Boekarest weten, dat Praag slechts in geval van agressie van Hongaarsche zijde op steun zou kunnen rekenen waarmede tevens wel zeer openhartig de doel stelling van de Kleine Entente werd aangegevenhandhaving van de verdragen van Trianon en St. Germain. Van laatstgenoemde zorg heeft Duitschland hen door de Anschlusz bevrijd hoe zal het met eerstbedoelde gaan Adm. Horthy, de regent van Hongarije, verheugt zioh met zijn land in sterke Duitsche sympathieën. Zoo ligt dus in O. en Z.O.-Europa nog veel stof tot verwikkelingen. Moskou wordt bij dit alles nauwelijks meer beschouwd als een macht, die tot ingrij pen in staat, ja, zelfs slechts tot meepraten gerechtigd is; het vreest, geïsoleerd

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 100