715 nog op, dat deze ommezwaai ook samenvalt met het optreden in de omgeving van Hainan. Hoewel Parijs verklaarde, strikt neutraal te zijn en zelfs geen gehoor te geven aan de suggestie van den Conseil, China financieel te steunen, heeft Frankrijk, zoo zegt men, de bepalingen van het in 1907 inzake dit eiland met Japan gesloten verdrag geschonden, zoodat ook laatstgenoemd land daaraan niet geheel meer is gebonden. Intusschen was genoemd optre den, ondanks de verzekering, dat occupatie van Hainan niet in de bedoeling lag, voor Engeland en Frankrijk aanleiding tot het gezamenlijk waarschuwen van Tokio. Een krachtige houding nam ook de commandant van het Amerikaansche eskader in China aan hij verklaarde te zullen gaan, waar hij zulks noodig achtte en Japan aansprakelijk te stellen voor eventueele kwade gevolgen. De verantwoordelijkheid voor aan buitenlandsch eigendom toegebrachte schade werd door Tokio tegenover Parijs ontkend op grond van precedenten, waarin Engeland en Amerika de bedrijvers waren. In antwoorden op Engel- sche protesten inzake luchtbombardementen werd hoffelijk gewezen op de Britsche methoden van „police-bombing". Merkwaardig is nog dat, terwijl in Japan openlijk een actie tegen Rusland werd geëischt, gnl. Ugaki zich uitliet, tegenover dit rijk het bereiken van een vriendschappelijke verhouding te zullen nastreven. Dit ligt niet in de lijn van het anti-communistisch verdrag zouden beide partijen tot het inzicht geraken, dat een onderlinge strijd beider ondergang beteekent? En zou Japan treden in de voetstappen van de Engelsche politiek door thans Rusland in Midden-Azië te bezigen als tegenwicht tegen het Britsche Rijk gelijk dit zich in dat gebied de vrije hand trachtte te verschaffen door Rusland in Oost-Azië te binden door Japan In China is het zwaartepunt van den strijd van het N., waar de toestand als gevolg van de geweldige overstrooming van de Gele Rivier weinig veranderde, verlegd naar het Z. waar de Jangtse echter ook al buiten haar oevers trad. Toch hebben de Japanners hier vrij snel vorderingen gemaakt, welke tot staan zijn gekomen tegenover de in de rivier gelegde versperring bij Matang (Z. van Anking en ongeveer halverwege Woehoe-Hankou)hevig wordt gestreden om de deze versperring beveiligende werken. De Japansche vloot heeft in deze actie een belangrijk aandeel terwijl ook de luchtstrijd krachten zich niet onbetuigd laten. Het valt op, dat die aan Chineesche zijde thans meer van zich doen spreken dan tot nu toe het geval was. Langs de kust bezetten de Japanners nog enkele eilanden, o.a. bij Swatouhet vasteland werd nog niet binnengetrokken. Omtrent den strijd verklaarde gnl. Ugaki nog, niet te kunnen zeggen, hoeveel jaren deze nog zou duren. Later verduidelijkte hij dit door de mede- deeling, een spoedig einde te voorvoelen, hetgeen ruimte laat voor de vraag, of de geruchten omtrent een door Tsjiang Kai-sjek aan Lenden gericht verzoek tot bemiddeling wellicht eenigen grond van waarheid bevatten. Sch.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 103