VII. DE GEVECHTSWAARDE VAN DEN VECHTWAGEN. In de voorgaande hoofdstukken werd uiteengezet, op welke wijze, gebruikmakend van hun karakteristieke eigenschappen snelheid en beweeglijkheid vechtwagens in staat zijn in korten tijd vuur en stootkracht op de plaatsen te brengen, waar deze hoofdelementen van den strijd van beslissenden invloed op het gevecht kunnen zijn. „Kunnen zijn", want zal die invloed niet in hooge mate afhankelijk zijn van de waarde, welke aan vuur en stootkracht in het gevecht van het pantserwapen in het algemeen en voor elk tactisch geval in het bijzonder moet worden toegekend In afwijking met andere strijdmiddelen zijn vuur en stootkracht hier in één wapen vereenigd. Het resultaat van het optreden van vechtwagens zal dus niet alleen afhankelijk zijn van de wapen werking, doch ook en zeker niet in geringe mate van het vermogen materieele en levende strijdmiddelen door overrijden te vernietigen. Voorts is de g'roote moreele indruk, welke op den tegenstander wordt gemaakt, nog steeds een factor van beteekenis ter beoordeeling van de gevechtswaarde van den vechtwagen. De wapens werken in beweging en beschermd door pantser en zijn derhalve uit een theoretisch-tactisch oogpunt bezien in het voordeel boven de niet in beweging zijnde en onbeschermde wapens. De practische zijde van dit vraagstuk moge hierna in het kort worden belicht. De doelwaarneming wordt zeer bemoeilijkt door het beperkte zicht, dat de schutter heeft. Het richten op het doel wordt ongunstig beïnvloed door de onverwachte bewegingen, welke de door het terrein rijdende vechtwagen maakt, in de eerste plaats als gevolg van de terrein- gesteldheid (onwillekeurige bewegingen), in de tweede plaats doordat in zich steeds wijzigende richtingen voorwaarts moet worden gegaan om van het terrein te kunnen gebruik maken en de uitwerking van 's vijands wapenwerking zooveel mogelijk te verminderen (willekeurige bewegingen). De onwillekeurige bewegingen zijn zooals gezegd voorna melijk een gevolg van de meer of mindere begaanbaarheid van het terrein voor vechtwagens, maar ook van de technische wijze waarop de vechtwagen is afgeveerd en de schokken worden gebroken, terwijl tenslotte hierbij nog een „willekeurig" element ter sprake komt n.l. de geoefendheid van den bestuurder, die moet kunnen beoordeelen met welke snelheid de verschillende terreinhindernissen maximaal kunnen worden genomen om de voor het richten toelaatbare afwijking zoo gering mogelijk te doen zijn. De willekeurige bewegingen mogen niet te verrassend worden uitgevoerd omdat anders de schutter niet in staat is den koepel 644

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 32