Chineesche hoofdmacht gelegenheid te geven veilig terug te
trekken. Bij YüTai zijn de Japanners er evenwel in geslaagd door
te breken en den 17en Mei FengHsien ten n.o. van TangShan
te bereiken.
Op 18 Mei namen de Japanners NanSuChow.
Intusschen waren de Chineezen ook bij HsuChow reeds met
den terugtocht begonnen. Japansche verkenningsvliegtuigen had
den den 13en Mei reeds treinen, in totaal 450 rijtuigen tellende,
gezien op weg' van NanSuChow naar HsuChow en van 350 wagens
van HsuChow naar het westen. 10 Chineesche divisies zouden
door generaal ChiangKaiShih reeds op den 12en Mei in westelijke
richting zijn verplaatst.
Op den 16en Mei bezetten uit het w. en z.w. via HsiaoHsien
komende Japansche troepen een heuvelrug de PaWanShan
op 8 km ten z.w. van HsuChow en begonnen met veld- en berg-
geschut in de muren van die stad bres te schieten 1), ter voorberei
ding van den infanterie-aanval vastgesteld op den 18en. Van ver
schillende zijden naderden nu Japansche colonnes HsuChow, welke
658
Jap. bergartillerie in stelling nabij HsuChow onder dekking van tanks.
De muur behoort waarschijnlijk tot een gehucht.
Ook zichtbaar is een der hoektorens.
1) De geweldig uitziende Chineesche stadsmuren zijn niet bestand tegen
artillerievuur. Het zijn dunne steenen muren, opgevuld met aarde, welke
bij beschieting spoedig ineenstorten.