2. DE AANVULLING VAN HET KORPS INTENDANCE OFFICIEREN EN DE OPLEIDING DAARVOOR door G. I. VAN LEEUWEN, Kapitein der Intendance. Onbekend maakt onbemind". Vooropgesteld wordt, dat ondervolgende regelen in de eerste plaats zijn geschreven voor hen, die nog in aanmerking komen, om zich voor opleiding tot intendant aan te melden, dus voor de officieren van de promotie 1930 en later. 1 Laten deze officieren toch vooral niet zeggen„Daar denk ik toch niet over, dus dat behoef ik niet te lezen want het is juist de bedoeling van deze uiteenzetting, dat zij er wel eens over zullen denken, maar dan met meer kennis van zaken omtrent eischen van toelating, opleiding en werkkring en vooruitzichten bij de Intendance. Het is namelijk onze overtuiging, dat er heel wat meer officie ren zich voor opleiding tot intendant zouden aanmelden, indien zij beter op de hoogte zouden zijn van le de betrekkelijk geringe eischen voor het toelatingsexamen tot de Hoogere Krijgsschoöl 2e het buitengewoon interessante en veelzijdige karakter van de opleiding zelve 3e den mooien werkkring, welke hun bij terugkeer in Indië wacht, zoomede de verdere voordeelen, welke aan een plaat sing bij de Intendance zijn verbonden. Goed beschouwd, is het dan ook onverklaarbaar, dat zich meestal zoo weinig candidaten voor de Intendance-studiën aanmel den en zou men veeleer verwachten, dat elk jaar een groot aantal officieren mededong naar het groote voorrecht, om geheel op 's Lands kosten te worden opgeleid voor een betrekking, welke in zoo ruime mate voldoening kan schenken. En dit zou ook voor de aanvulling van het korps intendanten de meest gewenschte toestand zijn, want een overgroot aanbod opent tevens de mogelijkheid voor het uitoefenen van de zoo 628 b Reglementair kunnen ook officieren van oudere promoties zich nog aanmelden, dcch om nader aan te geven redenen wordt dit ontraden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 16