Orgnisatie en uitrusting der Pioniers.
Verwacht wordt, dat het mogelijk zal blijken de militieplich-
tigen van de pioniers, nu het eerste oefeningstijdvak is verlengd
tot één jaar, voldoende voor te bereiden voor de hun wachtende
omvangrijke taak bij mobilisatie. Door een volledige doorvoering
van de motorisatie van de pionier-compagnieën bij mobilisatie
zullen deze eenheden een vrij groote mate van bewegingsvrijheid
hebben op het gevechtsterrein, waardoor meer daadwerkelijke
arbeid zal kunnen worden verzet. Daarnevens wordt gestreefd
naar verhooging van het rendement van de pioniertroepen door
invoering van gemechaniseerde gereedschappen en door regel
matige uitbreiding van het voorbereide materieel in het bijzonder
van dat voor brugslag. In beproeving is thans o.a. ook het ver
vaardigen van voorbereide uitkijkstellingen van buismaterieel met
toepassing van gelijkvormige onderdeelen. Alvorens werd beslo
ten tot vorenstaande en enkele andere, zich thans voor openbaar
making nog niet leenende, maatregelen, welke uiteraard de
paraatheid van de pioniers belangrijk ten goede zullen komen,
werd onderzocht, op welke voorraadvorming in Indië zelf zal
kunnen worden gerekend en wat h.t.l. kan worden vervaardigd.
Zoo bestaat o.m. een inrichting tot het machinaal vervaardigen
van gewapend draad, een artikel dat in oorlogstijd in zeer groote
hoeveelheden benoodigd zal zijn en van welke inrichting met
vrucht gebruik zal kunnen worden gemaakt, nadat terzake de
noodige voorbereidende maatregelen zullen zijn getroffen.
MILITAIREN EN DE POLITIEK.
In de Memorie van Antwoord op het voorloopig verslag van
de Eerste Kamer over de Rijksdefensiebegrooting 1938 troffen
wij o.m. het volgende aan
Naar aanleiding van den door vele leden uitgesproken wensch,
dat de militairen zich buiten de sfeer van de politiek zullen houden,
omdat zulks nimmer aan de populariteit van de weermacht ten
goede zal kunnen komen, vestigt de Minister er de aandacht op,
dat in deze onderscheiding gewenscht is.
Eenerzijds kan aan de militairen niet worden ontzegd staat
kundig mede te leven, anderzijds zullen zij zich zelfbeperking
hebben op te leggen op het terrein van den politieken strijd en
er voor hebben te waken, dat niet de politieke tegenstellingen
de eenheid in de weermacht en de verbondenheid van volk en
krijgsmacht zouden schaden.
Red.
746