dit onder de controle van den ld.artillerist uit is, is het zaak dezen tijd zoo veel mogelijk te verkorten. Zulks kan bereikt worden door het opvoeren van de aanvangssnelheid en door een speciale projectielvorm, doch het is wel duidelijk, dat men hierbij gebonden is aan zekere grenzen. Is men niet in staat nauwkeurig te bepalen, waar het doel zich aan het einde van den vluchttijd zal bevinden, dan kan men ook niet schieten met een redelijke kans op treffen. Het bepalen van deze plaats is echter alleen mogelijk, als het vliegtuig zich gedu rende den vluchttijd van het projectiel regelmatig beweegt, d.w.z. in een constanten koers vliegt, en met een constante snelheid. Het doel kan daarbij vliegen op constante hoogte, dan wel een regel matige hoogteverandering uitvoeren. Deze eisch, die men de schiethypothese van de ld. artillerie pleegt te noemen, heeft nog niets van zijn waarde verloren. Op doelen, welke allerlei evoluties uitvoeren, welke, om het zoo maar eens uit te drukken, in het wilde weg vliegen, kan de ld.artillerie niet schieten met eenige redelijke kans op uitwerkinghet schieten op zulke doelen beteekent munitieverspillen. Nu is het voor den ld.artillerist gelukkig, dat geen enkele vlieger bommen kan werpen met eenige kans op treffen, of zijn vliegtuig moet zich gedurende zekeren tijd bewegen volgens de hierboven genoemde schiethypothese. Alleen dan is hij in staat het juiste moment voor het afwerpen van zijn bommen te bepalen. Waar de bommenrun voor den vlieger het meeste gevaar oplevert om afgeschoten te worden, is het begrijpelijk, dat deze alles in het werk zal stellen, om dezen „doodelijken run" zoo kort mogelijk te doen zijn, Hoe korter de run, hoe geringer de kans zal zijn voor het ld.geschut om op de vliegtuigen werkzaam vuur te brengen. Uit het vorenstaande volgt, dat de techniek van de ld.artillerie er op gericht dient te zijn, de snelheid van handelen zoo hoog mogelijk op te voeren. Voor wat betreft het geschut kan men wel zeggen, dat daarbij de grootste perfectipnneering vrijwel bereikt is. Vuursnelheid en aanvangssnelheid blijven aan zekere grenzen ge bonden. Met de vuurleidingstoestellen is dit echter anders. Hiervan is verbetering nog zeer goed mogelijk en men tracht op allerlei wijzen tijdsbesparing te verkrijgen; bij de groote snelheid van mo derne bommenwerpers maken een paar seconden tijdswinst reeds veel uit. Men ziet dan ook allerwegen door de fabrikanten van vuurleidingstoestellen pogingen in het werk stellen tot verbetering van hunne apparaten, welke verbeteringen hoofdzakelijk zijn gericht op opvoering van de snelheid, zelfs al gaat dit ten koste van de nauwkeurigheid. Tegen zeer snelle modern uitgeruste bommenwerpers bereikt men o.i. meer met een zeer snel vuurleidingstoestel, dat aan redelijke eischen van nauwkeurig heid voldoet, dan met een volkomen zuiver toestel, hetwelk echter te langzaam werkt. Over den duur van den bommenrun loopen 719

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 3