afstand. Het eene oog van den proefpersoon wordt bedekt, terwijl
de onderzoeker het hiertegenover gestelde oog sluit. De beide
open oogen moeten elkaar fixeeren. Wanneer het gezichtsveld
van de beide personen even groot is, zien zij de hand of het
stokje tegelijkertijd verschijnen.
Deze methode kan groote defecten in het gezichtsveld aan-
toonen.
2. Een andere veel gebruikte methode is die met den campi-
meter.
Dit is een dof zwart bord, waarop de lijnen van een ster de
meridianen aangeven, terwijl concentrische kringen met steeds
toenemenden ouderlingen afstand de hoeken aanduiden die een
peripheer gezien voorwerp maakt met de richting van de centrale
fixatie.
De proefpersoon zit op 25 cm van het bord en fixeert het mid
delpunt van de ster. Men beweegt nu een voorwerp van de peri
pheric naar het centrum. Zoodra het voor den proefpersoon zicht
baar wordt, zegt hij ,,ja waarop de onderzoeker een krijtstreepje
op het bord geeft. Dit doet men in alle meridianen en wanneer
men die punten na afloop van het onderzoek met een lijn verbindt,
heeft men den omtrek van het gezichtsveld. De methode wordt
voornamelijk gebruikt bij zeer sterke beperking van het gezichts
veld. Zij kan op verschillende manieren worden gewijzigd door
de grootte van het bord en den afstand van den proefpersoon
tot het centrum te veranderen. Ook kan men het bord in vier
kantjes verdeelen waardoor na het uitzetten van het gezichtsveld,
de oppervlakte kan worden berekend en vergeleken met die van'
andere proefpersonen..
3. De meest nauwkeurige uitkomsten worden verkregen door
gebruik te maken van een perimeter. Dit instrument bestaat uit
een halven, van metaal vervaardigden cirkel, die zoo kan worden
rondgedraaid, dat men hem in de richting van eiken meridiaan
kan stellen. De metalen boog is in graden verdeeld. Het hoofd van
den patiënt rust op een kinsteun, het eene oog fixeert een witte
stip, welke in het midden van den boog is aangebracht, het andere
oog wordt bedekt. Men maakt nu met een, in een houder be
vestigd, wit vierkantje van 1 cm* oppervlakte heen en weergaande
bewegingen op den boog, peripheer beginnende en langzaam het
centrum naderende tot de patiënt te kennen geeft dat hij iets
waarneemt. Men noteert dit punt op een gedrukt schema. De
proeven worden bij verschillende standen van den perimeter
herhaald en de genoteerde punten met een lijn verbonden, waarna
men den omtrek van het gezichtsveld heeft bepaald. De hier be
schreven perimeter is de meest gebruikte. Een ouder model is de
handperimeter, welke eveneens goede diensten kan bewijzen. Aan
768