fig. 1.
HET GEZICHTSVELD TIJDENS HET DRAGEN IN BE
SCHERMINGSTELLING VAN EEN GASMASKER.
Bij eenige proefpersonen, waarvan het taillenummer van het
gelaatstuk te voren is bepaald en waarbij het gasmaker goed op
het gelaat aansluit, zijn metingen verricht omtrent de grootte
van het gezichtsveld tijdens het dragen in beschermingstelling
van gasmaskers van verschillende legers. De uitkomsten hiervan
zijn weergegeven in de figuren 2 en 3.
In figuur 2 zijn de gezichtsvelden afgebeeld van 3 nagenoeg
gelijkwaardige gelaatstukken (I, II en III), in figuur 3 treft men
eenige grootere gezichtsvelden aan (IV en V). De maskers,
waarvan de gezichtsvelden zijn aangeduid in fig. 3 met IV en V,
zijn in dit eene opzicht dus te verkiezen boven de andere gelaat
stukken, waarvan het gezichtsveld wordt aangegeven in fig. 2.
fig. 2.
Gezichtsveld tijdens het
dragen van gelaatstuk
ken van verschillende
herkomst.
III III
Rechter oog.
Bcpiald gezichtsveld.
Gemiddeld gezichtsveld
Rechter oog-