fig. 3. Idem als in fig. 2. - - .III..IV—V. Gezichtsveld bij eenige andere gelaatstukken. II. Blikveld. INLEIDING. Algemeen wordt in de gasliteratuur de waarde- van het gasmasker mede beoordeeld naar de grootte van het gezichtsveld tijdens het dragen van het masker in bescherming stelling, daarentegen wordt over de beperking van het blikveld niet gerept. Toch meenen wij dat het laatste in grootere mate de gevechtswaarde van den man vermindert dan een beperking van het gezichtsveld. Onder het blikveld verstaat men het gebied, dat men door middel van de oogbewegingen scherp kan zien, terwijl men het hoofd stil houdt. Het wordt bepaald met behulp van den perimeter. De proefpersoon plaatst het hoofd zóó, dat het oog zich bevindt in het middelpunt van het instrument. Langs den perimeterboog beweegt men een latje, waarop met kleine letters een woord is gedrukt. Hiermede gaat men steeds verder naar het midden tot de patiënt kan zeggen welk woord het is. Het normale blikveld is naar boven, naar buiten en naar binnen ongeveer 45° groot en naar beneden ongeveer 60°. Het ligt dus grootendeels binnen den omtrek van het gezichtsveld. De door ons verrichte metingen zijn gedaan met behulp van den handperimeter, omdat de zelfregistreerende voor dit doel minder geschikt is. Daartoe is het noodig geweest enkele gas- maskergelaatstukken te doorboren, om het staafje, dat dient voor de fixatie van het hoofd aan te brengen. BEPALING VAN HET BLIKVELD TIJDENS HET DRAGEN IN BESCHERMINGSTELLING VAN EEN GASMASKER EN BIJ PERSONEN ZONDER MASKER. Bij enkele proefpersonen, wier taillenummer van te voren is vastgesteld, wordt met behulp van den handperimeter het blik veld bepaald (zie fig. 4). 771 Rechter oog.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 55