gedeelte van het bovenste en de peripherie van de bovenste helft van het onderste nasale quadrant (in nr. 6 geharceerd aange geven). Uit onze proeven blijkt, dat tijdens het richten onder normale omstandigheden wordt gebruik gemaakt van een peripheer ge deelte van het bovenste nasale quadrant van het blikveld. Dit is in overeenstemming met de opgaven van de schutters, die meenen dat zij richten met een gedeelte van het blikveld dat wordt begrensd door den hoek tusschen wenkbrauw en neusrug. Om een indruk te krijgen omtrent den stand van het hoofd en de oogen tijdens het richten hebben wij de houding van enkele schutters (instructeurs) waarvan kan worden ver wacht dat zij een technisch juisten stand aannemen, bestudeerd en fotographisch vastgelegd (zie foto's 1, 3, 5, 7, 9, 11, 13, 15, 17 en 19). Hoewel hieruit geen conclusies worden getrokken maakt het toch wel den indruk dat de stand van het hoofd en de oogen, zoodanig wordt gekozen dat tijdens het richten het bovenste nasale quadrant van het blikveld wordt gebruikt. HET RICHTEN TIJDENS HET DRAGEN IN BESCHER MINGSTELLING VAN EEN GASMASKER. Het is bij den troep algemeen bekend dat de uitkomsten, welke worden verkregen, tijdens het houden van schietoefeningen, waarbij het gasmasker in beschermingstelling wordt gedragen, zeer veel te wenschen overlaten. Zelfs de beste schutters zijn onder deze omstandigheden niet in staat hun reputatie te hand haven. Slaat men hen tijdens het richten gade, dan blijkt dat zij een anderen stand aannemen, dan tijdens het schieten onder normale omstandigheden. Het richten uit de normale houding is tijdens het dragen in beschermingstelling van een gasmasker niet mogelijk. Wel kan dit worden bereikt door het aannemen van een abnormalen, gekunstelden stand, waarbij men bovendien het risico loopt dat gaslekken ontstaan. Zooals uit de foto's duidelijk is te zien (2, 4, 6, 8, 10, 12, 14, 16, 18, 20, 22, 23), wordt het hoofd meer naar opzij en achterover gebracht, waarbij de oogglasvatting tegen de kolf van het geweer is gedrukt. In enkele gevallen wordt hierdoor het gelaatstuk naar links boven verplaatst en ontstaan aan den rechterkant gaslekken. Dit verklaart waarom tijdens het schieten in de gaskamer somtijds wordt geklaagd over het niet gasdicht afsluiten van het gelaatstuk. Het in een gedwongen stand richten tijdens het dragen van het gasmasker geschiedt, zooals de hierna te beschrijven onder zoekingen hebben aangetoond, door een gedeelte van de nasale helft van het oogglas. Om dit vast te stellen worden verschillende gedeelten van het rechteroogglas aan den buitenkant dichtgeplakt 775

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 63