g. indienststelling nieuwe vlgn. en gevolgen van techn. verbeteringen voor
de luchttactiek
h. uitbouw van de grondorganisatie in vredes- en oorlogstijd.
De Minister van defensie heeft het recht deel te nemen aan de zittingen
van den raad.
Het massa-begrip in den luchtoorlog. (Luftwehr, Mei 1938).
In een militair-philosofisch opgezette studie (vertaald uit de Rivista Aero-
nautica van Febr. 1938) wijst de It. Kol. Piacentini er o.m. op, dat de leer
van Douhet -zij het verder ontwikkeld en aangepast aan de nieuwere
omstandigheden het fundamenteele richtsnoer der It. luchtoorlogsdoctrine
vormt. Na een beschouwing te hebben gegeven over theorie en inhoud van
het massa-begrip komt de S. vervolgens tot de practische toepassing daarvan,
waarbij hij allereerst wijst op de bijzondere verhoudingen van den lucht
oorlog en den invloed daarvan op de uitvoering.
Voor het luchtwapen bestaan twee soorten doelen, n.l. gronddoelen en
lstrkn. (in de luchtde grondorganisatie dier luchtstrijdkrachten behoort
tot de gronddoelen). Deze beide soorten doelen bepalen tevens op klare
wijze het operatieve optreden van de luchtmacht, n.l. offensief tegen de
gronddoelen en defensief tegen de luchtdoelen.
De vijandelijke luchtstrijdkrachten vormen het hoofddoel, dat echter het
best kan worden bereikt door vernieling van de grondorganisatie (vliegvelden
en fabrieken).
De gronddoelen zijn in groepen in te deelen (b.v. spoorwegen, fabrieken,
krachtwerken)welke al naar gelang van omstandigheden en militaire
situatie beurtelings het zwaartepunt van aanval kunnen vormen (b.v. bij
mobilisatie en concentratie de groepen van spoorwegen en wegen)Der
gelijke doelgroepen zijn als regel niet tot een bepaald gebied beperkt, doch
verspreid over het geheele vij. gebied, aldus een aantal afzonderlijke doelen
vormende.
Wanneer zich bij een aanval tegen welk ander doel ook de gelegenheid
voordoet om de vij. luchtmacht (immers het voornaamste doel) te treffen,
zoo zal dit niet verzuimd worden, aangezien het in 't algemeen moeilijk
is om deze snel verplaatsbare strijdkrachten te vinden en derhalve daaren
tegen niet steeds voorafberaamd kan worden opgetreden.
Slechts de verdediger zoekt het luchtgevechtde aanvaller vermijdt dit
zooveel mogelijk, daar zulks de uitvoering van eigen opdracht bemoeilijkt.
Luchtstrijdkrachten onderhouden, behalve tijdens het gevecht, in tegen
stelling met leger en vooral marine in verband met tijd en ruimte niet
de voeling met den vijand.
Terwijl beveiliging en samenwerking van de opereerende deelen der
weermacht door wederzij dsche ondersteuning worden verzekerd, zoekt het
luchtwapen deze veiligheid gedurende het gevecht in de beweging en in de
ruimte der drie dimensies en gedurende de gereedstelling op de vliegvelden
in de verspreiding van doelen.
De verbindingen bij land- en zeestrijdkrachten dienen te worden beschermd
en verzekerd door en in het raam van de te voeren operaties. Zulks is bij
het luchtwapen geheel anders, aangezien hier een geëigende grondorganisatie
met verspreiding van voorraden over verschillende steunpunten een voort
zetting der operaties mogelijk maakt.
Aangezien als regel een aantal verspreide doelen moet worden aangevallen
is optreden in massa-verband noodig noch mogelijk. Tegen elk doel dient
juist voldoende kracht te worden ingezet om een beslissend resultaat te
bereiken. De som van deze afzonderlijke resultaten vormt dan de totaal
verkregen massawerking.
(Het artikel wordt vervolgd).
R.
801