deze grondslagen Haar voldoende ruimte laten voor aanpassing van de defensie aan de gewijzigde omstandigheden en dat wijziging geenszins noodig is voor de verwezenlijking van de richt lijnen, welke de Regeering Zich heeft uitgestippeld (V.R. 1938 1939 Ond. 1 Alg'. Ged.-stuk 4 7 sub c St. Gen. I zittingsjaar 19371938 stuk 105a blz. 12 en Handelingen I vel 197 blz. 729/730, mede vermeld in I.M.T. 1938 nr. 6 blz. 582 en blz. 584/585). 3. Uit schrijvers betoog zie o.m. blz. 839 bovenaan maken wij op, dat ook hij het inzicht is toegedaan, dat onze defensie in wezen een kustverdedigingsprobleem is. Wij willen behouden wat wij hebben en zullen een strategisch defensief voeren. Trouwens een strategisch offensief is alleen reeds daarom onmogelijk, omdat wij daartoe de middelen een sterke vloot nooit zullen bezitten. De vooral voor leeken misleidende uitdrukking „mari tieme visie" willen wij met opzet vermijden men moet, bij de keuze van ons defensiesysteem reëel zijn m.a.w. roeien met de riemen die men heeft en niet verder willen grijpen dan het bereikbaremen streve daarbij naar een zoo hoog mogelijk rendement en zoo groot mogelijke preventieve waarde. Talrijke militaire schrijvers en ook de Minister van Koloniën betoogden op overtuigende wijze, dat naarmate de vlootsterkte meer beperkt moet blijven, de territoriale verdediging meer op den voorgrond treedt. 2) Hieraan en aan de groote vorderingen der militaire 844 1) Wij willen niet nalaten te wijzen op een uitspraak in „If war comes" van 'Dupuy en Eliot (blz. 148 en 149) betreffende de taak en mogelijkheden van de vloot „It must be reiterated that the control of sea communications is the „ultimate object of naval war. The disabling of the enemy's fleet is „but a means to this end but it is a necessary means. The sea, wide „as it is, affords no such means of evasian save for the limited and „purblind submarine as does the air. By reason of the many defiles „into which the configuration of the land forces maritime commerce, „there are points of control over the sea lanes, such as the English „Channel, ithe Strait of Gibraltar, of Sunda, of Malacca, the Panama „and Suez Canals, which cannot be evaded. It is in the control of „these communications that sea power finds its final aim. It cannot, „like air power, act directly against an enemy country, save in a limited „way by bombardment of the coast-line. It can, of course, bring air „and land power to the hostile shores, but here again its action is „indirect. „Like a fortress, an enemy country may be attacked-as Sir Herbert „Richmond has pointed out-in two ways by assault, and by invest ment. Sea power cannot assault, it can only contribute to the efficacy „of assault by armies and air forces, which alone can penetrate and „hold. But sea power can invest, which armies and land-based air „forces cannot in the case of any nation having a sea frontier of any „extent. It is in this power of investment that its great mission lies." 2) Zie o.a. het artikel „Het aandeel van Leger en Vloot in de handhaving van de in- en uitwendige veiligheid van Ned.-Indië" van den toenmaligen kap. v. d. Gnl. Staf M. Boerstra (I.M.T. 1925 nr. 10, blz. 609 e.v.) en de rede van Z. Exc. Welter in de Ie Kamer op 20 Mei 1938 (I.M.T. 1938 nr. 6 blz. 584 e.v.).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 33