den, worden door dit betalingssysteem periodiek troepenofficieren aan hun eigenlijke taak onttrokken. Dit euvel nu kan juist dooi de toepassing van den P.C.G.D. worden verholpen of althans worden verminderd, daar alsdan de militairen en ambtenaren op maandelijksche bezoldiging persoonlijk hun bezoldiging e.d. per postchèque of overschrijvingsbiljet in ontvangst kunnen nemen. Alleen om deze reden reeds zou o.i. aansluiting van het militaire betalingssysteem bij een eventueel op te richten P.C.G.D. hoogst gewenscht zijn, ook al zou het werk van den kwartiermeester er eenigszins door vermeerderen. Men vergete nietDe diensten zijn er voor den troep en niet omgekeerd. Antwoord van Luit. H. G. J. de Leeuw Het betoog van ondergeteekende kwam in het kort hierop neer in oorlogstijd is een P.C.G.D. voor de legeradministratie onbruik baar in vredestijd biedt een zoodanige dienst voor de leger administratie geen voordeelen en veroorzaakt zelfs werkvermeer- dering conclusie zij het ook eenigszins noodgedwongen geen P.C.G.D. Wij kunnen met Kapitein Voskuil accoord gaan, als hij aan voert, dat het voor den compagniescommandant gemakkelijker zou zijn, als hij van de zorg voor de uitbetaling der tractementen ontheven was. Evenzeer kan worden ingestemd met de stelling, dat de diensten er voor den troep zijn, en niet omgekeerd. In zijn algemeenheid is dit laatste zeer zeker juist, doch naar dz. beschei den meening kan het nimmer de bedoeling zijn, dat om de werk zaamheden van den troep te verlichten, die der militaire admini stratie, die toch reeds zeer vele zijn, onevenredig worden ver zwaard. Het zwaartepunt in ons betoog is gelegd op de legeradmi nistratie bij mobilisatie. Het staat vast, dat de taak van het leger, en dus ook van de legeradministratie, voor een groot deel isde voorbereiding op de oorlogstaak. Wie het jongste Wetenschappelijk Jaarbericht der I.K.V. heeft gelezen, zal hebben opgemerkt, dat de legeradministratie in oorlogstijd hemelsbreed verschilt van die in vredestijd, (o.m. wordt bij de veldtroepen geen compagnies administratie gevoerd), hetgeen bij afkondiging der mobilisatie zeer vele werkzaamheden met zich brengt. Is het dan zoo onbillijk, om tenminste de geldvoorziening dezelfde te laten, sterker, is zulks dan niet noodzakelijk, juist in een tijd waarin zoo vele en groote betalingen moeten worden gedaan De overschakeling op elk nieuw systeem wij herhalen het kost tijd, en brengt onwennigheid mede bij alle instanties, welke ermede te maken hebben, en dat juist in periode, die zeer kort kan zijn, en wanneer alles zoo vlot mogelijk moet verloopen. Weegt het belang van den 877 Deze meening wordt gedeeld door de betrokken P.T.T.-instanties.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 66