10. UIT DE PERS.
In het Utrechtsch Nieuwsblad van 18 Juli en 1 Aug. j.l. troffen
wij de volgende interessante, aan de verdediging van Ned.-Indië
gewijde, beschouwingen van Z. Exc. Mr. J. C. Jager, Vice-
Admiraal b.d. der Koninklijke Marine.
881
LUCHTAANVALLEN OVER ZEE HEBBEN SUCCES!
Zij kunnen niet tijdig verkend worden.
Uit deze les van den Spaanschen oorlog trekke Nederland de conse
quenties voor zijn verdedigingssysteem van Nederlandsch-Indië.
Aan het slot van mijn vorig artikel van 7 Juli stelde ik de vraag,
welke lessen uit den Spaanschen burgeroorlog voor de defensie van
Indië te trekken waren, in het tijzonder wat de actie in de lucht
aangaat. Vcor een goede ook voor leeken bevattelijke uiteenzetting van
dit technische vraagstuk, dat na alles, wat er den laatsten tijd op het
gebied van het luchtbombardement is voorgevallen, ook den burger in
hooge mate zal interesseeren, zal men het vraagstuk van twee kanten
moeten bezien. Allereerst de luchtactie tegen de plaatsen, die door den
tegenstander bezet zijn en verdedigd worden en daarnaast die tegen de
koopvaardijschepen, die bevoorrading van den vijand in die plaatsen
ten doel hebben. Beide zullen zich in een strijd tegen onzen Archipel
voordoen, de eerste als directe vernielingsactie tegen vijandelijke
strijdkrachten, terwijl de andere, als indirecte, op uitputting van den
tegenstander gericht is.
Hoe is nu de analogie tusschen den strijd in Spanje en dien, welke
bij een aanval op Nederlandsch-Indië te verwachten valt?
Het Zuidelijk deel van het regeeringsgebied op het Iberische schier
eiland, dat onder Madrid ressorteert en waaronder ook Valencia en
Alicante behooren, is aan de landzijde geheel door de troepen van
Franco omsingeld, doch de kuststrook is nog onbezet en langs den
zeeweg blijft de verbinding met het buitenland mogelijk. Uit een
militair oogpunt is dat deel van Spanje derhalve te vergelijken met
een eiland, dat voor zijn communicatie naar buiten uitsluitend op
den weg over zee is aangewezen.
Hoeveel verschil er ook onder de deskundigen mag bestaan over
de wijze, waarop Indië het beste tegen een vijandelijken aar.val
verdedigd kan worden, in verband met de financieele middelen,
waarover wij kunnen beschikken, over de wijze, waarcp een vijan
delijke actie tegen onzen Archipel zeer waarschijnlijk zal worden
ingezet, heerscht onder hen een merkwaardige overeenstemming. Een
directen aanval op het te land goed verdedigde hoofdeiland Java
acht men vrijwel uitgesloten, omdat deze te groote risico s zou mee
brengen voor een vijand, die ver van het eigen land moet ageeren.
Men neemt dan ook algemeen aan dat hij z'n actie zal beginnen met
het overmeesteren van eenig punt van ons gebied buiten Java gelegen,
dat zich eigent om er een operatiebasis voer zijn vloot en zijn lucht
macht te vestigen en dat hij bij voorkeur zoo zal kiezen, dat hij over