Een golflengte van 300 meter komt dus overeen met een frequentie van 10° perioden/sec. of 1000 kiloperioden/sec. (kiloherz). Het begrip golflengte is echter zoo zeer ingeburgerd, dat er in de practijk nog vrijwel uitsluitend mede wordt gewerkt. Men hoort dikwijls spreken van „lange" golven en „korte" golven, welke begrippen uiteraard zeer betrekkelijk zijn. Als men in Nederland afstemt op een omroepstation werkende op 200 meter, dan zal men deze golf kort noemen, omdat het meerendeel van de aldaar te beluisteren omroepstations op veel langere golven werkt. Hier in Indië is men echter geneigd deze golf met lang aan te duiden. Hoewel in de radioliteratuur vaak tegenstrijdige opvattingen over de begrippen korte, lange en middelbare golven worden aangetroffen, wordt internationaal veelal de volgende indeeling van° de golflengten in groepen aangenomen, welke groepen qua eigenschappen onderling sterk uitéénloopen. Lange golven 3.000 30.000 meter (100 10 kiloperioden per seconde) Middelbare golven 200 3.000 meter (1.500 100 idem). Middelbare korte golven 50 200 meter (6.000 1.500 idem) Korte golven 10 50 meter (30.000 6.000 idem) Ultra-korte golven 1 10 meter (300.000 30.000 idem) Micro-golven 5 cm 1 meter (6.000.000 300.000 idem). B. De uitstraling van de radiogolven door een antenne. Voor een radiozendstation wordt normaal gebruik gemaakt van een capacitieve antenne (in beginsel een verticale geaarde draad). Voor het bepalen van de hoeveelheid door het antennesysteem uit gestraalde energie heeft men het begrip „stralingsweerstand fngevoerd. Hoe grooter dus deze „schijnbare" weerstand is, hoe meer energie er wordt uitgestraald. Nu is het bij een capacitieve antenne hoofdzakelijk de hoogte van de antenne, waardoor de grootte van den stralingsweerstand wordt bepaald. De stralings weerstand wordt uitgedrukt in de formule Men krijgt de grootste uitstraling, wanneer de antennehoogte ongeveer X is en bij een oppervlakkige beschouwing zou men dus tot de conclusie kunnen komen, dat dan de ultrakorte golven zich bij uitstek zullen leenen voor het militaire radioverkeer immers zal dan met een antennehoogte van ten hoogste 2d/z meter 959 Rs k waarin h hoogte van de antenne in meters 1 golflengte in meters a een factor afhankelijk van vorm en constructie van de antenne en k een factor waarin de stralingseigenschappen van verschillende antenne- vormen zijn samengevat.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 40