volgelingen van den oproerigen Sjaich ontkwamen 3 man waar
onder de Sjaich zelf. Verder opgejaagd wilde Faisal nu met een
kleine groep aanhangers de grens van Koeweit overschrijden, om
van daaruit zijn verzet voort te zetten, en tevens veilig te zijn
tegen den Koning. Ten einde moeilijkheden te voorkomen protes
teerde Ibn Saoed scherp bij de Britsche Regeering, welke daarop
de stellige garantie gaf, dat de rebellen niet binnen het Britsche
controle-gebied zouden worden toegelaten. Dat nam niet weg, dat
Faisal en zijn groep tóch Koeweit binnentrokken en daar door de
Britsche autoriteiten werden ontwapend en gevangen gezet.
Ibn Saoed protesteerde hiertegen en eischte de onmiddellijke
uitwijzing der rebellen. Het liep gelukkig goed af, omdat de opstan-
digen zich in Januari 1930 „vrijwillig" aan hun Koning overgaven.
Het gelukte Engeland in Februari 1932 om een openlijke ver
zoening tot stand te brengen tusschen Koning Ibn Saoed en Koning
Faisoel van Irak. De ontmoeting tusschen beide vorsten vond
plaats op een Britsch oorlogsschip (H. M. S. Lupin) in de Perzische
Golfen na de gepaste buigingen en omarmingen gingen de
besprekingen vrij vlot en kwam het den 10 Maart van dat jaar
tot een vriendschapsverdrag tusschen beide landen. Het nut van
deze ontmoeting is wel vooral geweest, dat Faisoel in Ibn Saoed
een hem waardig tegenstander leerde kennenterwijl laatstge
noemde kon vaststellen, dat deze glimlachende, elegante en vrien
delijke Koning Faisoel voor hem niet gevaarlijk was. Bovendien
rookte Faisoel dagelijks 100 cigaretten, en zou hij dus niet lang
meer leven
Dat laatste is uitgekomen; 'het volgende jaar, den 7 September
1933, stierf Faisoel plotseling te Bern op 50-jarigen leeftijd.
Keeren wij terug tot Ibn Saoed. Na het verdrag met Irak was
hij onbestreden heer en meester in Arabië. Hoesein was dood,
Faisoel was dood, en Abdoelah (van Transjordanië) sloot in
Februari 1938 een vriendschapsverdrag met Saoediëaan den
strijd tusschen Hasjemieten en Wahabieten is een einde gekomen.
Restte nog slechts de grensregeling tusschen Transjordanië en
Saoedië. Zooals wij reeds in het vorige hoofdstuk aangaven heett
Engeland de districten Akaba en Ma'an tot Britsch mandaat
verklaard.
Nog steeds handhaaft Engeland zijn bezit van Akaba.
Evenwelwat men Koning Ibn Saoed heden niet vrijwillig
wil geven, zal men hem morgen of overmorgen móeten geven.
Want Koning Ibn Saoed weet bij voorbeeld ook zeer goed,
dat het in 1936 niet vooral is gegaan om een verovering van
Abessinië door Italië, en evenmin om een machtsstrijd tusschen
Rome en London, maar dat het hoofdmoment van dit conflict
is dat de rassenkwestie scherper is gesteld dan ooit te voren
bij eenig koloniaal avontuur Hij weet, dat sindsdien blank en