1014 werk, naar buiten voerende luchtpijpen enz., van goede afsluiters deksels, luiken dienen te worden voorzien. Bovendien is het noodig dat in groote gebouwen, verdeeld in verschillende kleinere opslagruimten, elke ruimte' afzonderlijk luchtdicht kan worden afgesloten, waardoor de kans dat bij eventueele toetreding van gas in een van de lokaliteiten, de voorraden in het geheele gebouw zouden worden besmet, wordt voorkomen. Uiteraard geven open loodsen weinig of geen bescherming tegen gas. De opgeslagen voorraden levensmiddelen worden dan nog het beste beschermd, indien deze worden afgedekt met z.g. „persennings". Indien de openingen van de loods bovendien met „persennings" worden afgedekt, kan daardoor nog eenige aanvullende bescherming worden verkregen. Vorenbesproken maatregelen, welke voldoende worden geacht ter be scherming van levensmiddelen, gelden uiteraard niet ter bescherming van menschen. In de gebouwen waarin levensmiddelen zijn opgeslagen behooren afzonderlijke schuilplaatsen voor het personeel te worden ingericht. Meermalen zal de noodzaak ertoe dwingen, dat levensmiddelen en voeder tijdelijk in de open lucht worden opgestapeld. Alsdan geeft bedekking met groote persennings de beste beveiliging tegen gasbesmetting. Met een enkel woord wordt nog aandacht geschonken aan het gebruik van ventilatoren, aangebracht in de muren. Als gebruikelijk worden hiervoor eenvoudige fans gebezigd, welke de warme lucht uit het lokaal wegzuigen, waardoor koelere lucht in de beneden gedeelten van het lokaal zal toe treden met het risico dat bij aanwezigheid van zware gifgassen, deze eveneens het lokaal zullen binnendringen. In dergelijke gevallen behooren de fans te worden stopgezet zoodra een waarschuwing voor een eventueel te verwachten luchtraid mocht worden ontvangen. Voorbereidende maat regelen dienen te worden genomen, opdat de openingen waarin de fans zich bevinden, volkomen kunnen worden afgesloten ter voorkoming dat besmette lucht kan binnendringen, zoodra de fans zijn stopgezet. Indien echter over een geheel volmaakt systeem van ventilatie wordt beschikt, waarbij de inlaat, waardoor de zuivere buitenlucht moet kunnen toetreden, hoog is aangebracht, zcodat waarborgen bestaan, dat de in het gebouw aanwezige lucht zuiver wordt gehouden, dan kan het ventilatiesysteem tijdens een luchtraid wellicht nog medewerken om het indringen van gas te voorkomen. De inlaat van de versche lucht moet zich minstens 10 m boven den beganen grond bevinden. Indien dit niet het geval is, wordt het gevaar verhoogd dat de gassen zullen binnendringen alsdan zal het ven- tilatie-apparaat moeten worden stopgezet. Indien filtratietoestellen zijn aangebracht, welke de eventueel binnenkomende' gassen kunnen neutrali seeren, kan het ventilatie-toestel in werking blijven. Bij koelinrichtingen, waarbij lucht van buiten wordt ingezogen, dienen voorzorgsmaatregelen te worden genomen, dat de openingen van ventilatoren onmiddellijk kunnen worden gesloten. Zoodra de „waarschuwing" wordt ontvangen moet dit sluiten vlug kunnen plaats vinden. Na een raid zal men zich er van moeten overtuigen, dat in de nabijheid van het magazijn geen gifgas meer valt waar te nemen eerst dan zal ertoe kunnen worden overgegaan de gaten wederom te openen en de fans opnieuw in werking te stellen. Wanneer levensmiddelen in groote hoeveelheden en als gevolg van minder juiste verpakking weinig beschermd moeten worden vervoerd, dient in de eerste plaats gebruik te werden gemaakt van gesloten vervoermiddelen (gesloten wagons, vechtwagens, enz.). Wanneer gebruik moet worden gemaakt van open lorries, vrachtauto's of open vaartuigen als lichters, sloepen enz., zal de lading zijn af te dekken met persennings. De randen van de persennings waren onder, aan de buiten-zijde, van de vrachtauto's vast te binden. Ofschoon persennings als zeer geschikte dek kingsmiddelen vcor onderwerpelijk doel moeten worden aangemerkt, wordt er de aandacht op gevestigd, dat er verschillende soorten persennings bestaan, welke, wat haar eigenschap van ondoordringbaarheid voor gas

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1938 | | pagina 95